Rechtspraak
Werkneemster vordert schadevergoeding van Adecco wegens het niet nakomen van haar zorgplicht jegens werkneemster waardoor zij schade heeft geleden. De kantonrechter heeft de vordering van werkneemster afgewezen. Tegen dit vonnis heeft werkneemster hoger beroep ingesteld. Centraal staat de vraag naar de stelplicht- en bewijslastverdeling als ook de omkeringsregel. Voorts meent werkneemster dat ten onrechte artikel 7:611 BW niet is toegepast door de kantonrechter.
Het hof oordeelt als volgt. Werkneemster is de mening toegedaan dat zij met het oog op de bewijslastverdeling slechts aannemelijk behoeft te maken dat sprake is geweest van een relevante blootstelling aan arbeidsomstandigheden, waarvan de klachten en beperkingen het gevolg kunnen zijn. In de ogen van werkneemster behoeven deze klachten en beperkingen niet als medisch objectiveerbaar te worden gekwalificeerd. Nu werkneemster dit aannemelijk had gemaakt en aldus aan haar bewijslast had voldaan, had voor de beoordeling van de aansprakelijkheid geen deskundige meer behoeven te worden ingeschakeld omdat de zogenaamde omkeringsregel toepassing had dienen te vinden. Het hof oordeelt echter anders. Werkneemster ziet eraan voorbij dat het op grond van artikel 7: 658 BW aan de werknemer is om te stellen en zonodig te bewijzen dat hij de schade waarvan hij de vergoeding vordert, heeft geleden in de uitoefening van zijn werkzaamheden. Daartoe is nodig dat de werknemer niet alleen stelt en zonodig bewijst dat er in relevante mate sprake is geweest van werkomstandigheden die de gezondheid bedreigen, maar ook dat hij stelt en zonodig aannemelijk maakt dat hij lijdt aan een ziekte of aan gezondheidsklachten welke door die werkomstandigheden kunnen zijn veroorzaakt. Indien de werknemer in voornoemde bewijslevering is geslaagd, is de werkgever voor de schade aansprakelijk, tenzij hij zich ingevolge artikel 7: 658 lid 2 BW van aansprakelijkheid kan bevrijden door het daarin bedoelde bewijs te leveren. Werkneemster is echter niet in de voornoemde bewijslevering geslaagd. Werkneemster heeft geen stukken in het geding gebracht waarin tot uitdrukking komt welke de medische beperkingen zijn van werkneemster en waarin met redengeving het mogelijke oorzakelijke verband wordt gelegd tussen de medische beperkingen en de daarmee in verband staande arbeidsongeschiktheid (en de daaruit voortvloeiende schade) enerzijds en de werkomstandigheden bij Adecco anderzijds.
Ten aanzien van de vordering op grond van 7:611 BW, oordeelt het hof als volgt. Naar het oordeel van het hof komt (subsidiaire) toepassing van artikel 7: 611 en/of artikel 6: 248 BW slechts dan aan de orde indien mogelijk sprake is van aansprakelijkheid van de werkgever voor schade welke niet beheerst wordt door artikel 7: 658 BW. Voor toepassing van de genoemde artikelen is derhalve in een zaak als de onderhavige waarin de vordering is gegrond op het niet naleven van de werkgever van een verplichting als bedoeld in artikel 7: 658 BW geen ruimte.