Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Stichting Flevoziekenhuis
Rechtbank Midden-Nederland (Locatie Almere), 12 juli 2017
ECLI:NL:RBMNE:2017:5820

werknemer/Stichting Flevoziekenhuis

Flevoziekenhuis is niet gehouden de financiƫle gevolgen te dragen van de weigering van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn om de deelname van werkneemster aan de pensioenregeling (alsnog met terugwerkende kracht) na einde dienstverband voort te zetten.

Feiten

Werkneemster is van 12 maart 1990 tot 1 oktober 2011 bij (een rechtsvoorganger van) Stichting Flevoziekenhuis (hierna: het Flevoziekenhuis) op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst geweest. Bij vonnis van 11 december 2013 heeft de kantonrechter Flevoziekenhuis veroordeeld om aan werkneemster met ingang van 1 oktober 2011 op grond van de cao Ziekenhuizen 2011-2014 wachtgeld toe te kennen en uit te betalen. De aanvraag tot voortzetting van de pensioenopbouw is door het pensioenfonds bij brief van 6 mei 2014 niet gehonoreerd, omdat het pensioenfonds daaraan alleen haar medewerking had willen geven indien conform haar reglement door werkneemster binnen zes maanden na einde dienstverband om voortzetting van pensioenopbouw is gevraagd.

Oordeel

De vraag die voorligt, is of Flevoziekenhuis gehouden is de financiƫle gevolgen te dragen van de weigering van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn om de deelname van werkneemster aan de pensioenregeling (alsnog met terugwerkende kracht) na einde dienstverband voort te zetten. Krachtens artikel 3.3.2 van de cao was op de arbeidsovereenkomst tussen partijen een pensioenregeling van toepassing. De deelneming eindigt op grond van artikel 1.6 lid 2 onderdeel a van het pensioenreglement onder meer als de deelnemer geen werknemer meer is. De deelnemer heeft na het einde van de deelneming het recht om de deelneming aan de pensioenregeling vrijwillig voort te zetten en wel direct in aansluiting op de periode dat hij werknemer was en uiterlijk tot zijn pensioenleeftijd (art. 5.8 lid 1). Indien werkneemster haar deelnemerschap in het Pensioenfonds Zorg en Welzijn had voortgezet, dan zou ook tijdens de wachtgeldperiode de pensioenopbouw worden voortgezet op basis van haar salaris, zijnde de bijdragegrondslag ingevolge het reglement van het pensioenfonds. Vast staat dat werkneemster na einde van het dienstverband niet tijdig een verzoek tot voortzetting van de pensioenopbouw bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn heeft ingediend. Voor zover werkneemster zich op het standpunt stelt dat zij niet op de hoogte was van de in het pensioenreglement opgenomen vervaltermijn dient dit voor rekening en risico van werkneemster te blijven. Voor zover werkneemster heeft aangevoerd dat zij geen gelden tot haar beschikking had om voortzetting van de deelneming te financieren, omdat Flevoziekenhuis haar (ten onrechte) geen wachtgeld wenste uit te keren en zij dus uitsluitend was aangewezen op een WW-uitkering, neemt de kantonrechter het volgende in aanmerking. De gestelde schade is, zo begrijpt de kantonrechter het standpunt van werkneemster, ontstaan omdat werkneemster verstoken is geweest van het gebruik van de wachtgelduitkering (mede) ten behoeve van de voortzetting van de pensioenopbouw. Voor zover al zou komen vast te staan dat sprake zou zijn van enig causaal verband, namelijk als Flevoziekenhuis bij einde dienstverband per 1 oktober 2011 meteen het besluit had genomen tot toekenning van wachtgeld aan werkneemster, werkneemster wel gebruik had gemaakt van de vrijwillige voortzetting van haar pensioenopbouw, en dat Flevoziekenhuis dan pensioenpremie voor werkneemster had betaald aan het Pensioenfonds Zorg en Welzijn en dat werkneemster dan de gestelde schade niet zou hebben geleden, dan kan die gestelde schade Flevoziekenhuis als gevolg van de weigering tot betaling van wachtgeld niet worden toegerekend. Alle omstandigheden in aanmerking genomen valt het niet tijdig aanvragen van de voortzetting van de pensioenopbouw dan ook in de risicosfeer van werkneemster. Dit betekent dat de vordering van werkneemster dient te worden afgewezen.

  • Rechters: R.M. Berendsen
  • Advocaten: A. Wasscher en N. Sluis
  • Wetsartikelen: hoofdstuk 14 van de cao Ziekenhuizen 2011-2014, 39 lid 1 onerdeel c Pensioenwet en 9.5 Pensioenreglement Zorg en Welzijn
  • Onderwerpen: Pensioen
  • Trefwoorden: pensioenregeling, wachtgeld en vrijwillige voortzetting pensioenopbouw