Naar boven ↑

Rechtspraak

Laww Interim B.V./werkneemster
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 12 juni 2018
ECLI:NL:GHAMS:2018:1952

Laww Interim B.V./werkneemster

Zowel kantonrechter als hof is van oordeel dat het project niet is geëindigd, zodat arbeidsovereenkomst met werkneemster niet van rechtswege is geëindigd. Hof stelt billijke vergoeding naar beneden bij (van € 15.000 naar € 7.500).

Feiten

Werkneemster is op 11 januari 2017 in dienst getreden bij Laww. Tussen Conclusion en Laww is een detacheringsovereenkomst tot stand gekomen, waarin staat dat Laww werkneemster ter beschikking stelt om tijdelijk werkzaamheden voor de opdrachtgever van Conclusion, het UWV, te verrichten. Overeengekomen is dat de overeenkomst van rechtswege eindigt op 1 januari 2018 en dat bij voortijdige beëindiging van de overeenkomst van opdracht door het UWV de detacheringsovereenkomst tussentijds van rechtswege zal eindigen. In een e-mail van 2 mei 2017 aan werkneemster schrijft Laww onder meer dat opdrachtgever Conclusion/UWV de opdracht heeft beëindigd per 25 april 2017 en dat dit betekent dat het projectdienstverband ook per die datum is beëindigd. Werkneemster stelt zich op het standpunt dat het project waarvoor zij was aangenomen niet is geëindigd, zodat haar arbeidsovereenkomst niet van rechtswege afloopt. Werkneemster heeft in eerste aanleg onder meer verzocht een verklaring voor recht dat niet vaststaat dat het project is beëindigd, zodat de voorwaarde als overeengekomen in de arbeidsovereenkomst (1.2) niet is ingetreden en de arbeidsovereenkomst om die reden niet van rechtswege is geëindigd; dan wel vernietiging van het ontslag; wedertewerkstelling en loondoorbetaling. Laww heeft ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht. Bij de bestreden beschikking heeft de kantonrechter de verzoeken van werkneemster toegewezen. Op het tegenverzoek van Laww heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 december 2017 onder toekenning van een billijke vergoeding van € 15.000 bruto. Laww komt hiertegen in hoger beroep.

Oordeel

Gesteld noch gebleken is dat Laww vóór, ten tijde van of ná het aangaan van de arbeidsovereenkomst aan werkneemster (schriftelijk) kenbaar heeft gemaakt dat onder de duur van het project diende te worden verstaan de periode gedurende welke werkneemster in dat kader werkzaamheden voor het UWV zou verrichten dan wel de periode gedurende welke de opdracht van UWV tot inlening van een secretaresse voor het project zou blijven bestaan. Mede op grond van het bovenstaande is het hof van oordeel dat werkneemster erop mocht vertrouwen dat de duur van het dienstverband was gekoppeld aan de duur van het project bij het UWV. Vast staat dat de secretariaatswerkzaamheden van werkneemster voor het UWV in het kader van het project na de ziekmelding van werkneemster intern zijn overgenomen door een medewerker van het UWV. Op dat moment was het project dus nog niet ten einde. Het hof komt dan ook tot het oordeel dat het dienstverband van werkneemster niet van rechtswege op 25 april 2017 is geëindigd. Het had daarom op de weg van Laww gelegen, nu werkneemster zich had ziekgemeld, om als goed werkgever een bedrijfsarts in te schakelen en de mogelijkheden tot re-integratie te laten onderzoeken. In plaats daarvan heeft Laww in het gesprek op 25 april 2017 aan werkneemster geadviseerd om zich niet ziek te melden en in plaats van een Ziektewetuitkering een Werkloosheidsuitkering aan te vragen omdat dit beter zou staan op haar curriculum vitae. Ten slotte is Laww te verwijten dat zij heeft gekozen voor een arbeidsrechtelijke constructie die onduidelijkheid schiep, in het nadeel van werkneemster uitpakte en tot gevolg had dat werkneemster een procedure heeft moeten starten om haar rechten vast te stellen. Het hof kent aan werkneemster een billijke vergoeding van € 7.500 bruto toe. Met betrekking tot de hoogte van de billijke vergoeding neemt het hof in ogenschouw dat werkneemster vanaf 26 april 2017 een Ziektewetuitkering heeft gekregen en aannemelijk is dat het dienstverband bij Laww in januari 2018 zou zijn geëindigd.