Rechtspraak
Rechtbank Gelderland (Locatie Arnhem), 24 augustus 2021
ECLI:NL:RBGEL:2021:4846
Feiten
Werknemer is ingeleend door AsbestVeilig BV. Werknemer is bij de uitvoering van zijn werkzaamheden in opdracht van AsbestVeilig ter zake van sloopwerkzaamheden in het kantoorpand te Schiedam van een steiger gevallen. In geschil is of AsbestVeilig aansprakelijk is voor de schade die werknemer dientengevolge heeft opgelopen.
Oordeel
Als uitgangspunt heeft te gelden dat de werknemer moet stellen en bij betwisting moet bewijzen dat hij schade heeft opgelopen in de uitoefening van zijn werkzaamheden. AsbestVeilig betwist dat werknemer als gevolg van de val schade heeft geleden en beroept zich daarbij onder meer op de namens werknemer eerder aan de schade ten grondslag gelegde feitelijke toedracht zoals verwoord in de aansprakelijkheidsstelling bij e-mail van 20 juni 2019 gericht aan een andere opdrachtgever. De daar verwoorde feitelijke toedracht alsmede de locatie verschilt evident van de in dit geschil vermelde toedracht en locatie, terwijl in beide gevallen daaraan dezelfde schade (hand- en polsletsel) gekoppeld wordt. Nu (te) onzeker is waar werknemer de schade heeft opgelopen, kan aan de omkeringsregel in dit geval niet worden toegekomen. Dit betekent dat ter bepaling van de aansprakelijkheid van AsbestVeilig nader onderzoek en bewijslevering noodzakelijk is. Daarvoor leent deze deelgeschilprocedure zich niet. Nu ter zake van de toedracht van het ongeval nog te veel onzekerheid bestaat, is vooralsnog ook onvoldoende duidelijk welke zorgverplichting AsbestVeilig ten opzichte van werknemer mogelijk niet is nagekomen. Ook dat vergt nader onderzoek naar de feiten. Afwijzing van de verzoeken van werknemer volgt.