Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 15 november 2022
ECLI:NL:GHARL:2022:9846
Feiten
Bij tussenarrest heeft het hof de zaak naar de rol verwezen voor het nemen van een akte door werknemer met een herberekening van het achterstallige loon vanaf 18 februari 2015 en (desgewenst) een antwoordakte door werkgeefster.
Oordeel
Bij gebrek aan een concrete (achterstallige) loonberekening die aansluit bij wat is gevorderd in de kantonprocedure en wat de kantonrechter heeft toegewezen, zal het hof beslissen dat werknemer aan achterstallig loon nog toekomt het loon berekend vanaf de ziekmelding per 18 februari 2015 en uitgaande van een werkweek van 35 uur en een loondoorbetalingsverplichting van 70% over het tweede ziektejaar. Het hof handhaaft de beslissing dat werknemer onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld om het rechtsvermoeden van artikel 7:610b BW aan te kunnen nemen voor een feitelijke arbeidsomvang van 40 uur per week. Het hof komt op grond van de tweeconclusieregel niet toe aan de inhoudelijke behandeling van het beroep van werknemer op verrekening. Omdat werknemer verder geen toereikende mogelijkheid heeft gehad om zich uit te laten over de terugbetalingsvordering van werkgeefster wijst het hof die vordering af.