Naar boven ↑

Rechtspraak

Werknemer/BÜFA CLEANING NETHERLANDS B.V.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Breda), 21 juni 2023
ECLI:NL:RBZWB:2023:4303
Uitleg bonusregeling. Accountmanager heeft recht op nabetaling van € 35.260,14 bruto.

Feiten

Werknemer is van 1 februari 2005 tot 1 januari 2022 bij BÜFA CLEANING NETHERLANDS B.V. (hierna: BUFA) in dienst geweest als accountmanager Food Division. Sinds 2014 maakt werknemer aanspraak op een jaarlijkse bonus die wordt bepaald door de hoogte van het bedrag dat werknemer in het bonusjaar ‘mocht kosten’ minus het bedrag dat werknemer in het bonusjaar ‘heeft gekost’ (TOC). Op verzoek van werknemer heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst tussen partijen per 1 januari 2022 ontbonden onder toekenning van de transitievergoeding en een billijke vergoeding. De vordering ter zake van de bonus over 2021 werd niet toewijsbaar geacht, omdat deze pas in juni 2022 opeisbaar zou worden. Omdat partijen zich niet geheel konden vinden in de beschikking, hebben zij in een vaststellingsovereenkomst nadere afspraken gemaakt. Zodra de brutomarge over 2021 bekend zou zijn, maar uiterlijk op 25 juni 2022, zou de bonus over 2021 worden vastgesteld en – indien aanspraak bestaat – uitbetaald. Op 25 juni 2022 heeft BUFA de brutomargebedragen aan werknemer toegezonden en geschreven dat de TOC nog niet kan worden berekend omdat de kosten over 2021 nog niet bekend zijn. Werknemer wijst op de fatale termijn in de vaststellingsovereenkomst en kondigt rechtsmaatregelen aan als de bonus niet uiterlijk op 11 juli 2022 is vastgesteld en uitbetaald. BUFA reageert dat in de vaststellingsovereenkomst slechts is bepaald dat de brutomarge uiterlijk 25 juni bekend had moeten zijn, hetgeen ook geval was, en beroept zich op opschorting van de verplichting tot vaststelling. Er is volgens haar nog onduidelijkheid over de ‘cashback’ en vervangingskosten zodat de bonus nog niet kan worden vastgesteld. Werknemer is het hier niet mee eens. Op 1 september 2022 heeft BUFA de bonus eenzijdig vastgesteld op € 33.907,92 bruto met onderbouwing. De berekening vermeldt dat werknemer vanaf 9 augustus 2022 ziek was, zodat een pro rata-aanspraak (60%) op de bonus ontstaat. De bonus is vervolgens uitbetaald. Werknemer vordert onder meer BUFA te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 110.374,68 bruto ter zake van de bonus.

Oordeel

In geschil is de invloed van (i) de cashback, (ii) de uitkering ziekteverzuimverzekeraar, (iii) de vervangingskosten en (iv) de ziekte van werknemer op de brutomarge of de TOC alsmede de datum waarop de bonus opeisbaar is geworden. Volgens de kantonrechter heeft BUFA voldoende onderbouwd (grootboekrekening) dat in 2022 aan EPS een cashback van € 100.000 is gecrediteerd. Ook is voldoende onderbouwd dat de cashback niet ten laste komt van het resultaat over 2022, maar over 2021. De cashback dient derhalve in mindering te worden gebracht op de brutomarge van de Food Division over 2021 en heeft zodoende invloed heeft op de bonusaanspraak van werknemer. Meegewogen is dat werknemer door zijn betrokkenheid bij de onderhandelingen over de cashback op de hoogte daarvan was en geen voorbehoud in de vaststellingsovereenkomst heeft gemaakt. Ten aanzien van de vraag of de door BUFA ontvangen uitkering van de ziekteverzuimverzekeraar van werknemer in mindering dient te worden gebracht op de TOC, overweegt de kantonrechter dat het vanwege de door BUFA te betalen premies die reeds zijn meegenomen in de TOC, niet onredelijk is de opbrengsten uit de verzekering ook mee te nemen in de TOC. Een bedrag van € 6.000 wordt afgetrokken van de TOC. De vervangingskosten dienen daarentegen niet te worden meegenomen in de TOC. De vervanger was immers reeds in dienst zodat de loonkosten sowieso zouden worden gemaakt. Verder oordeelt de kantonrechter dat, nu de bonus kwalificeert als niet naar tijdruimte vastgesteld loon, werknemer daar aanspraak op houdt tijdens ziekte. Werknemer heeft recht op 145/365 van de gemiddelde bonus van € 43.344,34 per jaar (referteperiode drie jaar). Werknemer heeft aldus nog recht op € 35.260,14 ter zake van de bonus. De datum uit de vaststellingsovereenkomst betreft tot slot een fatale termijn. Er bestaat recht op wettelijke rente en verhoging (10%).