Feiten

Werknemer is sinds 1 oktober 2017 in dienst bij de gemeente Heerlen (hierna: de gemeente) als buitengewoon opsporingsambtenaar (boa). In april 2022 heeft de gemeente zes klachten ontvangen over zijn gedrag, waaronder agressief rijgedrag in een dienstvoertuig en het gebruik daarvan voor privédoeleinden. De gemeente heeft vervolgens haar zorgen geuit over zijn gedrag en hem een laatste kans gegeven om zijn gedrag te verbeteren. In september 2022 is werknemer overgeplaatst naar een ander team binnen de gemeente. In november 2022 heeft werknemer samen met collega's een horecacontrole uitgevoerd. Op 10 januari 2023 heeft een projectleider gemeld dat werknemer tijdens deze controle alcohol had genuttigd en zich discriminerend had uitgelaten. De gemeente heeft werknemer daarna geschorst en een feitenonderzoek laten uitvoeren. Dit onderzoek leidde tot het besluit om zijn dienstverband te beëindigen. Werknemer is hierover geïnformeerd waarna een gesprek tussen hem en de gemeente volgde. Uiteindelijk heeft de gemeente een brief gestuurd waarin ze werknemer ervan op de hoogte bracht dat zij een verzoek tot ontbinding bij de kantonrechter zal indienen op grond van wanprestatie.

Oordeel

De kantonrechter merkt op dat werknemer niet alleen een werknemer is maar ook een ambtenaar, en dat aan ambtenaren hogere integriteitseisen worden gesteld. Het drinken van alcohol tijdens werktijd, vooral voor een buitengewoon opsporingsambtenaar, is in strijd met deze integriteitseisen. De kantonrechter oordeelt dat vast is komen te staan dat werknemer tijdens een horecacontrole op 5 november 2022 alcohol heeft gedronken. De bevindingen van het onderzoeksbureau 2Solve bieden daartoe voldoende bewijs. Ook merkt de kantonrechter op dat werknemer eerder was gewaarschuwd door de gemeente en dat hij zich geen verdere misstappen kon veroorloven. Als gevolg van het ernstig verwijtbare gedrag van werknemer ontbindt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst, zonder toekenning van een transitievergoeding of billijke vergoeding.