Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Olympia Uitzendbureau B.V.
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 1 april 2014
ECLI:NL:GHAMS:2014:1101

werknemer/Olympia Uitzendbureau B.V.

Onderscheid strafrechtelijk en civielrechtelijk begrip diefstal bij ontslag op staande voet medewerker Schiphol ‘wegens diefstal’ en nadat werknemer in hoger beroep door de strafkamer is vrijgesproken van diefstal.

Werknemer is sinds 1 april 2005 in dienst van Olympia. Hij was laatstelijk werkzaam als bagage-/platformmedewerker op de luchthaven Schiphol. Op 7 december 2007 heeft Olympia werknemer op staande voet ontslagen wegens het feit dat in de nacht van 6 op 7 december 2007 door KLM Security Services was vastgesteld dat werknemer zich had schuldig gemaakt aan diefstal uit bagage en postzakken. Werknemer heeft de nietigheid van het ontslag ingeroepen. Bij arrest van 18 augustus 2011 heeft het Gerechtshof Amsterdam in hoger beroep een vonnis van de Rechtbank Haarlem, waarbij werknemer strafrechtelijk was veroordeeld voor diefstal, vernietigd en verklaard dat niet bewezen is dat werknemer het hem primair en subsidiair ten laste gelegde heeft begaan en heeft het hof hem daarvan vrijgesproken.

Het hof oordeelt als volgt. Uit het partijdebat blijkt dat partijen het begrip ‘diefstal’, dat als ontslaggrond is gehanteerd, in verschillende zin hebben bedoeld en opgevat. Werknemer heeft in eerste aanleg en in zijn memorie van grieven dit begrip opgevat in strafrechtelijke zin (en is van oordeel dat nu hij van diefstal is vrijgesproken dit eraan in de weg staat diefstal als ontslaggrond te hanteren), terwijl Olympia hiermee klaarblijkelijk bedoelde het bewust in strijd met de geldende regelingen bagage en/of postzakken meenemen (naar een donkere plek), en/of deze te openen en te doorzoeken. De omstandigheid dat werknemer door de strafrechter, die gebonden is aan de bewoordingen van de tenlastelegging (waarin opvalt dat niet subsidiair poging tot diefstal uit bagage en/of (poging tot) verduistering in dienstbetrekking is opgenomen) is vrijgesproken van het hem – op het op dit feitencomplex betrekking hebbende – tenlastegelegde brengt slechts mee dat hetgeen in die strafzaak is ten laste gelegd niet is bewezen, maar staat er niet aan in de weg dat de rechter in de onderhavige civielrechtelijke procedure tot het oordeel komt dat het door Olympia gestelde en als diefstal aangeduide feitencomplex komt vast te staan. Indien de door Olympia gestelde feiten komen vast te staan, leveren die naar het oordeel van het hof een dringende reden op voor ontslag op staande voet, nu werknemer niet heeft betwist dat het meenemen en doorzoeken in strijd met de geldende regels was. Of een en ander geleid heeft tot daadwerkelijke ontvreemding van goederen is niet relevant. Juist omdat voor Olympia niet te controleren valt of haar werknemers bij het doorzoeken van postzakken en bagage iets ontvreemden – het betreft immers eigendommen van derden – mag zij de zware sanctie van ontslag op staande voet stellen op het – expliciet verboden – doorzoeken van postzakken en bagage. Volgt aanhouding van de zaak voor nadere bewijsvoering.