Rechtspraak
werknemer/Metaform BV
Werknemer is met ingang van 1 juli 1995 in dienst getreden van Metaform, laatstelijk als adjunct-directeur. Metaform heeft de arbeidsovereenkomst met werknemer met toestemming van het CWI per 1 mei 2008 opgezegd op grond van bedrijfseconomische omstandigheden. Werknemer is vanaf 1 januari 2008 vrijgesteld van werkzaamheden om zich te oriƫnteren op de arbeidsmarkt. Metaform heeft werknemer geen financiƫle voorziening meegegeven bij het ontslag. Werknemer stelt zich op het standpunt dat sprake is van een kennelijk onredelijk ontslag. De kantonrechter heeft de vordering van werknemer afgewezen. Tegen dit oordeel keert werknemer zich in hoger beroep.
Het hof oordeelt als volgt. Werknemer heeft onvoldoende gesteld, dan wel aangetoond, dat sprake is van een kennelijk onredelijke opzegging. De leeftijd (52 jaar ten tijde van het ontslag) en het dienstverband van ruim 13 jaar, zijn daarvoor onvoldoende omstandigheden. Voldoende is gebleken dat Metaform in slecht weer verkeerde, een kleine onderneming is en de functie van werknemer is komen te vervallen. Daar staat tegenover dat werknemer onvoldoende concreet inzicht heeft gegeven in de schade die hij heeft geleden. Dit alles maakt dat geen sprake is van kennelijke onredelijke opzegging, zodat het hof niet toekomt aan de XYZ-formule.