Etics BV/werknemer

Werknemer is op 1 oktober 2007 in dienst getreden van Etics BV voor de duur van een jaar. Op 11 juni 2008 is werknemer op staande voet ontslagen wegens veelvuldig te laat op het werk verschijnen. Door een administratieve fout heeft Etics evenwel tot december 2008 het salaris aan werknemer doorbetaald. Pas in december stelt Etics zich op het standpunt dat zij vanaf 11 juni 2008 onverschuldigd heeft betaald en vordert het bedrag aan loon terug. Werknemer stelt zich op het standpunt dat de terugvordering in strijd is met de goede trouw. Door de handelwijze van Etics heeft hij zich niet op de nietigheid van het ontslag op staande voet beroepen en ook geen WW-uitkering aangevraagd. Etics vordert betaling van het onverschuldigde loon.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Anders dan werknemer is de kantonrechter van oordeel dat uit gedragingen van Etics niet valt af te leiden dat Etics zou zijn teruggekomen op het ontslag op staande voet. De arbeidsovereenkomst is derhalve per 11 juni 2008 geëindigd. Met betrekking tot de terugbetaling overweegt de kantonrechter dat werknemer het loon na 1 oktober 2008 volledig moet terugbetalen. De arbeidsovereenkomst zou sowieso per 1 oktober 2008 zijn geëindigd, zodat sprake is van kwader trouw bij werknemer door Etics niet op de hoogte te stellen dat hij nog steeds loon ontving. Met betrekking tot de periode 11 juni tot 1 oktober 2008 overweegt de kantonrechter dat het niet onaannemelijk is dat werknemer stappen had ondernomen indien de loondoorbetaling per direct was gestaakt. Volledige terugbetaling zou betekenen dat werknemer in het geheel geen inkomsten heeft over genoemde periode. Onder de gegeven omstandigheden zou volledige terugbetaling in strijd zijn met de redelijkheid en billijkheid. De kantonrechter acht een terugbetaling van 40% van het bedrag redelijk. Een betalingsregeling kan op grond van artikel 6:29 BW niet worden toegewezen.

Volgt gedeeltelijke toewijzing vordering Etics.