Naar boven ↑

Rechtspraak

Hogeschool van Amsterdam/werkneemster
Rechtbank Amsterdam, 12 mei 2010
ECLI:NL:RBAMS:2010:BM6112

Hogeschool van Amsterdam/werkneemster

Klacht College van Beroep voor de Examens over een studentendecaan onvoldoende om tot grond voor ontbinding arbeidsovereenkomst tussen Hogeschool en de studentendecaan te komen

Werkneemster (63 jaar) is sinds 1983 in dienst van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) in de functie van studentendecaan. Onderdeel van haar functie is het adviseren van de Examencommissie over bezwaren tegen bindend afwijzend studieadviezen van studenten. In 2008 en 2009 is er door de Examencommissie geklaagd over de werkwijze van werkneemster. Volgens deze commissie zouden adviezen van werkneemster niet overeenstemmen met verklaringen van studenten. Thans verzoekt HvA ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsrelatie.

De kantonrechter oordeelt als volgt. In 2009 is voor het eerst een functioneringsverslag opgesteld. Daarin wordt gesproken van een verbeterpunt en was geen enkele sprake van disfunctioneren van werkneemster. De aanleiding voor het onderhavige ontbindingsverzoek is dus enkel een klacht van de Examencommissie. Volgens deze commissie heeft werkneemster onjuiste verklaringen van studenten doorgegeven. Werkneemster stelt zich op het standpunt dat zij geen onjuiste verklaringen heeft doorgegeven. De rechter stelt zich op het standpunt dat het heel goed mogelijk is dat studenten bij de Examencommissie een andere verklaring afleggen dan bij de studentendecaan. Er kan - zonder nadere onderbouwing die ontbreekt - niet worden geconcludeerd dat werkneemster de Examencommissie opzettelijk onjuist heeft voorgelicht.

Volgt afwijzing ontbindingsverzoek.