Naar boven ↑

Rechtspraak

Staned BV/werknemer
Hoge Raad, 3 september 2010
ECLI:NL:HR:2010:BM7049

Staned BV/werknemer

Toetsing kennelijk onredelijk ontslag aan alle omstandigheden van het geval. Passeren bewijsaanbod werkgever dat werknemer passende functie heeft geweigerd, leidt tot vernietiging

Werknemer (1946) is met ingang van 19 februari 2001 als internationaal vrachtwagenchauffeur in dienst getreden van Staned. De arbeidsovereenkomst is tegen 30 april 2006 opgezegd. Het hof heeft geoordeeld dat sprake is van een kennelijk onredelijk ontslag. Daarbij heeft het hof van belang geacht dat werknemer ruim 11 jaar voor Staned had gewerkt, zijn arbeidspositie niet goed is te noemen en Staned geen voorzieningen heeft getroffen voor werknemer. Aan werknemer is een vergoeding ten bedrage van € 25.000 toegekend. Volgens Staned heeft het hof ten onrechte de omstandigheid dat aan werknemer een passende functie is aangeboden, welke door werknemer is geweigerd, niet meegewogen.

De Hoge Raad oordeelt als volgt. Bij de beoordeling van artikel 7:681 lid 2 sub b BW dienen alle omstandigheden van het geval in onderlinge samenhang te worden beschouwd. Het hof heeft geen aandacht gegeven aan het geweigerde aanbod van een andere baan binnen het Stadlerconcern, hoewel Staned die stelling in haar memorie van antwoord uitdrukkelijk in het kader van haar verweer, en vergezeld van een concreet bewijsaanbod, naar voren heeft gebracht, en daaraan de conclusie verbond dat de opzegging reeds om die reden niet kennelijk onredelijk was. Aldus heeft het hof hetzij miskend hetgeen hiervoor (alle omstandigheden van het geval-toetsing) is overwogen, hetzij zijn oordeel niet naar behoren gemotiveerd.

Volgt vernietiging van het arrest van het hof.