Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Stichting Delta Psychiatrisch Centrum
Hoge Raad, 22 oktober 2010
ECLI:NL:HR:2010:BN6239

werknemer/Stichting Delta Psychiatrisch Centrum

Analoge toepassing van een variant op de kantonrechtersformule leent zich niet voor schadebegroting bij kennelijk onredelijk ontslag

Werknemer is sinds 1978 in dienst van (de rechtsvoorganger van) Delta. In 2005 is de arbeidsverhouding tussen partijen verslechterd en is werknemer meermalen op zijn functioneren aangesproken. Met ingang van 1 november 2005 is aan werknemer het ontslag aangezegd. In eerste aanleg beoordeelde de kantonrechter het aan werknemer verleende ontslag als kennelijk onredelijk, en bepaalde de schadevergoeding op € 15.000. In hoger beroep – door werknemer ingesteld, met incidenteel appel van Delta – kwam het hof tot een lagere schadevergoeding (€ 10.100), waarbij het hof de formule toepaste die het in een serie arresten van 14 oktober 2008 voor het eerst had gehanteerd (de zogenoemde AxBxCX0,7-formule) met een C-factor 0,2. Tegen dit oordeel keert werknemer zich in cassatie.

De advocaat-generaal (Huydecoper) geeft een samenvatting van de verschillende arresten van de Hoge Raad en betrekt daarin kritiek uit de literatuur. Hij concludeert tot vernietiging van het arrest van het hof.

De Hoge Raad oordeelt als volgt. Het gaat in deze zaak om de vraag welke vergoeding aan werknemer toekomt wegens het hem gegeven ontslag, dat naar het oordeel van het hof, alle omstandigheden in aanmerking genomen, kennelijk onredelijk is. Zoals de Hoge Raad heeft overwogen in zijn arrest van 27 november 2009, nr. 09/00978, LJN BJ6596, geeft het oordeel van het hof blijk van een onjuiste rechtsopvatting waar het bij de vaststelling van de hoogte van de aan de werknemer toe te kennen schadevergoeding is uitgegaan van de zogeheten kantonrechtersformule minus 30%. De daarop gerichte klachten van de middelen slagen.

Volgt vernietiging van het arrest en verwijzing naar het Hof Amsterdam.