werknemer/Schoonderbeek Elektronica Systemen BV

Werknemer is op 22 juli 1998 bij Schoonderbeek in dienst getreden in de functie van productie/assemblagemedewerker. Op 19 januari 2010 heeft werknemer de door hem gedreven eenmanszaak Handigschooncentrale Haarlem doen inschrijven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Op 26 januari 2010 heeft de directeur van Schoonderbeek in een brief de opzegging van werknemer per 1 februari 2010 bevestigd. De volgende dag trakteert werknemer zijn collega's op gebak in verband met zijn vertrek. Op 1 februari 2010 betwist werknemer dat sprake is geweest van een ontslagname. Volgens hem is geen sprake geweest van een duidelijke en ondubbelzinnige verklaring van zijn zijde, althans had Schoonderbeek nader onderzoek moeten verrichten naar de wil van werknemer. Hij vordert thans loon.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Schoonderbeek heeft de stelling dat werknemer ontslag heeft genomen voldoende onderbouwd met diverse getuigenverklaringen. Werknemer heeft hier enkel blote ontkenningen tegeningebracht. Werknemer heeft dan ook niet voldaan aan de op hem rustende stelplicht zodat het ervoor gehouden moet worden dat hij op 26 januari 2010 op duidelijke en ondubbelzinnige wijze ontslag heeft genomen en hij aan die verklaring ook gehouden mag worden omdat Schoonderbeek zich met redelijke zorgvuldigheid ervan heeft vergewist dat werknemer het ontslag daadwerkelijk wilde mede in het licht van de geestelijke toestand van werknemer en de omstandigheden waaronder de verklaring werd afgelegd. De vordering wordt afgewezen.