Naar boven ↑

Rechtspraak

Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen/werknemer
Rechtbank Noord-Holland, 29 maart 2011
ECLI:NL:RBHAA:2011:BQ0929

Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen/werknemer

Invordering rijbewijs wegens alcoholgebruik door CBR-medewerker leidt tot ontbinding zonder vergoeding. Werknemer dient zowel op het werk als in privé zich bewust te zijn van de bijzondere publieke taak die hij vertegenwoordigt

Werknemer (51 jaar) is op 17 augustus 2009 bij CBR in dienst getreden. Hij is thans werkzaam als manager technisch beheer. Op 27 januari 2011 is werknemer in staat van dronkenschap in de auto gestapt en naar huis gereden. Hij is vervolgens door de politie aangehouden en het rijbewijs is ingevorderd. Het CBR hanteert ter zake een zero tolerance-beleid. Thans verzoekt het CBR ontbinding van de arbeidsovereenkomst.

De kantonrechter oordeelt als volgt. CBR vervult primair een publieke taak op het terrein van de handhaving van de verkeersveiligheid. Deze bijzondere aard van de onderneming brengt mee dat op elke medewerker van CBR, ongeacht of direct contact met het publiek deel uitmaakt van zijn of haar functie, de verantwoordelijkheid rust om te voldoen aan de hoge integriteitseisen die CBR aan haar werknemers stelt ten aanzien van (in elk geval) zijn of haar verkeersgedrag. De enkele omstandigheid dat de consequentie van ontslag in verband met het door CBR ten aanzien van alcoholgebruik en verkeersdeelname kennelijk gehanteerde zero tolerance-beleid niet op schrift is gesteld, betekent niet dat CBR aan dergelijk gedrag niet dat gevolg zou kunnen verbinden. Het staat CBR als werkgever vrij om bij iedere gedraging van een werknemer te beoordelen of dat gedrag zo zwaar weegt dat zij hierin reden ziet om tot beëindiging van het dienstverband te komen. In dit verband is de kantonrechter van oordeel dat van werknemer als goed werknemer verwacht wordt zich ervan bewust te zijn dat hij zich – in elk geval wat zijn verkeersgedrag betreft – voorbeeldig dient te gedragen. Door met veel te veel drank op, meer dan 570 ugl, in de auto te stappen terwijl hij andere keuzes had behoren te maken, heeft werknemer er blijk van gegeven zich van die verantwoordelijkheid geen rekeningschap te geven. Het maakt hierbij geen verschil of werknemer de overtreding van het verbod op dronken rijden al dan niet in zijn vrije tijd heeft gepleegd. De verantwoordelijkheid die het werk bij CBR voor elke werknemer meebrengt omvat in beginsel ook diens verkeersgedrag in privétijd. Daarbij komt dat werknemer op de bewuste avond een jubileum vierde van een collega. Er was derhalve een direct verband met het werk. Volgt ontbinding zonder vergoeding.