Rechtspraak
Pegas Pro BV/werknemer
Werknemer is bij Pegas in dienst getreden als adviseur op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. In de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst is een non-concurrentiebeding en een relatiebeding opgenomen, inhoudende dat het werknemer verboden is binnen een straal van 50 km met als middelpunt de standplaats van werkgever, zelf in een zaak gelijk of gelijksoortig aan die van werkgever op enigerlei wijze werkzaam te zijn. Werknemer is als accountmanager in dienst getreden van Certurion. Pegas stelt zich op het standpunt dat werknemer door de indiensttreding bij Certurion in strijd handelt met het non-concurrentiebeding en maakt aanspraak op de contractueel bedongen boete.
De kantonrechter oordeelt als volgt. De vraag die voorligt is of werknemer door indiensttreding bij Certurion het non-concurrentiebeding jegens Pegas heeft geschonden. Voor de beantwoording van deze vraag is het van belang na te gaan welke uitleg dient te worden gegeven aan het non-concurrentiebeding. In het algemeen geldt dat voor de uitleg van een non-concurrentiebeding het zogenaamde Haviltex-criterium van toepassing is. Indien de tekst van de arbeidsovereenkomst en voornoemde feiten en omstandigheden worden bezien in het licht van het Haviltex-criterium moet dan ook als voldoende duidelijk worden aangenomen dat als standplaats heeft te gelden het vestigingsadres van Pegas. Taalkundig volgt uit de zinsnede 'verboden […] binnen een straal van 50 kilometer […] in een zaak die gelijk of gelijksoortig of aanverwant is aan die van werkgever […] werkzaam te zijn' dat die geografische beperking is gekoppeld aan de plaats van feitelijke uitvoering van de werkzaamheden. Gelet op deze zinsnede behoefde werknemer niet zonder meer te begrijpen dat het hem verboden werd om bij een concurrent van Pegas in dienst te treden indien die binnen de voormelde straal gevestigd was, maar hij binnen die straal geen werkzaamheden gelijk of gelijksoortig of aanverwant aan die van Pegas verricht. Er zijn door Pegas geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit blijkt dat alleen de omstandigheid dat een regionaal opererende concurrent binnen een straal van 50 kilometer is gevestigd, meebrengt dat zij er belang bij heeft dat werknemer wordt verboden daar in dienst te treden. Pegas heeft bovendien niet aannemelijk gemaakt dat werknemer concurrerende werkzaamheden heeft verricht.
Uit de feiten en omstandigheden blijkt voorts dat het innen van de boete kennelijk het enige belang is dat Pegas heeft bij de handhaving van het beding, terwijl het innen van de boete geen doel op zichzelf mag zijn. Om die reden komt Pegas naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid geen beroep toe op dit beding en kan haar vordering niet slagen.