Auto Bleeker/werknemer

Werknemer (27 jaar) is op 1 oktober 2009 als automonteur in dienst getreden van Auto Bleeker. Vanaf 9 juli 2010 is er sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Op 23 februari 2011 laat Auto Bleeker werknemer weten het dienstverband te willen beëindigen als gevolg van het herhaaldelijk verstoren van de werksfeer. Op 13 mei 2011 wordt werknemer wegens ziekte arbeidsongeschikt. Eind mei 2011 heeft Auto Bleeker besloten te gaan reorganiseren. Voor werknemer is vervolgens een ontslagvergunning aangevraagd bij UWV Werkbedrijf. Thans vordert Auto Bleeker ontbinding van de arbeidsovereenkomst.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Voldoende is komen vast te staan dat het verzoek van Auto Bleeker niet wegens de ziekte van werknemer is ingediend. Al in februari 2011 heeft zij niet onder stoelen of banken gestoken dat zij streefde naar een beëindiging van de arbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst van partijen is grondig verstoord geraakt. Het is derhalve niet zinvol de arbeidsovereenkomst te laten voortduren en daarom zal aan het opzegverbod niet de door werknemer gewenste reflexwerking worden toegekend. De kantonrechter meet zich geen oordeel aan over aan wie de verstoorde arbeidsrelatie is te wijten. Partijen hebben daarover te veel uiteenlopende lezingen. Gelet op de leeftijd, de duur van zijn dienstverband en op alle overige omstandigheden van het geval is het billijk aan werknemer een vergoeding toe te kennen van € 3000 bruto.