werknemer/Trend Wheels

Werknemer is in dienst van Trend Wheels. De broer van werknemer heeft het bedrijf opgericht. Na een aandelenoverdracht, waarbij de broer werkzaam is gebleven bij Trend Wheels, is op enig moment de verhouding tussen Trend Wheels en de broer verstoord geraakt. Op 24 augustus 2011 heeft de interim-manager een gesprek gevoerd met werknemer over de handelswijze van zijn broer, waarna werknemer met vakantie is gestuurd. Vanaf 1 augustus 2011 heeft Trend Wheels de loonbetaling gestopt. Kern van het geschil is of werknemer de arbeidsovereenkomst op 24 augustus 2011 heeft beëindigd.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Tot 24 augustus 2011 heeft werknemer werkzaamheden verricht, zodat de loonvordering tot die datum zal worden toegewezen. Uit een sms-bericht van werknemer van 5 september 2011 waarin hij aangeeft dat hij zijn spullen komt halen, kan niet worden afgeleid dat hij de arbeidsovereenkomst wilde beëindigen. Enkele dagen daarvoor heeft werknemer zich namelijk beschikbaar gehouden voor de bedongen arbeid, toen hij na zijn vakantie niet toegelaten werd tot het werk. Van een duidelijke en ondubbelzinnige verklaring dat werknemer de arbeidsovereenkomst heeft beëindigd dan wel wilde beëindigen is geen sprake. Zo er enige twijfel over de strekking van dat sms-bericht mocht bestaan, dan dient de balans door te slaan in het voordeel van de werknemer. De loonvordering van werknemer wordt toegewezen met dien verstande dat de wettelijke verhogingen ex artikel 7:625 BW beperkt zullen worden tot 10%. Omdat voldoende vaststaat dat Trend Wheels het vertrouwen in werknemer heeft verloren en absoluut niet met werknemer verder wil, wordt de gevorderde wedertewerkstelling afgewezen. De loondoorbetalingsverplichting loopt echter net zo lang door tot de datum van een rechtsgeldige beëindiging van de arbeidsovereenkomst.