werknemer/werkgeefster c.s.

Werknemer is sinds 2009 voor onbepaalde tijd in dienst getreden als bedrijfsleider van een schoonmaakbedrijf. Na verkregen toestemming van UWV WERKbedrijf is de arbeidsovereenkomst in 2010 wegens bedrijfseconomische redenen opgezegd. Werknemer vordert thans schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag. Hij stelt dat hij zijn baan bij CSU in 2009 heeft opgezegd, met in het achterhoofd dat hij de onderneming van werkgeefster, zoals besproken, kon overnemen. Voorts betwist hij de bedrijfseconomische noodzaak voor het ontslag.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Van een valse reden is geen sprake, nu de bedrijfseconomische noodzaak voor de opzegging uit de overgelegde financiële cijfers blijkt. De stelling dat werkgeefster aan het UWV geen melding heeft gemaakt van haar voornemen om haar bedrijfsactiviteiten over te hevelen naar een besloten vennootschap, wordt verworpen. Uit overgelegde correspondentie blijkt dat dit wel degelijk is gebeurd.

Ten aanzien van de beoordeling van het gevolgencriterium rijst de vraag of werkgeefster er bij de indiensttreding van werknemer reeds van op de hoogte was dat het bedrijf er niet rooskleurig voor stond en zo ja, of zij werknemer hierover heeft geïnformeerd. Hiertegenover staat dat werknemer stelt dat zijn indiensttreding bij werkgeefster er op termijn toe had moeten leiden dat hij de onderneming over zou nemen. Gelet daarop rijst de vraag in hoeverre werknemer zich er bij zijn indiensttreding van op de hoogte had moeten stellen hoe het bedrijf er financieel voor stond. Indien werkgeefster bij de totstandkoming van de arbeidsovereenkomst aan werknemer een valse voorstelling van zaken heeft gegeven met betrekking tot de financiële situatie waarin het bedrijf verkeerde of zou komen te verkeren, voor zover voorzienbaar, of daaromtrent een vals beeld bij werknemer heeft laten bestaan, kan in de gegeven omstandigheden sprake zijn van een kennelijk onredelijk ontslag. De kantonrechter gelast een comparitie, zodat partijen de nodige informatie kunnen verstrekken. De comparitie zal tevens worden benut voor het beproeven van een minnelijke regeling.