De Staat der Nederlanden/werkneemster

Werkneemster is vanaf januari 2009 werkzaam geweest als secretaresse op het toenmalige Ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij bij de Dienst ICT Uitvoering. Op 19 april 2010 heeft zij zich ziek gemeld en is zij niet meer op het werk verschenen. Tijdens haar afwezigheid is bij het ministerie ontdekt dat in de periode van juli 2009 tot en met mei 2010 op naam van werkneemster voor een groot bedrag aan waardecheques is besteld. De Staat heeft aangifte gedaan tegen werkneemster wegens verduistering. In de politieverhoren heeft zij erkend dat zij de waardecheques voor privégebruik heeft aangewend. Thans stelt de Staat haar op grond van onrechtmatige daad aansprakelijk voor de diefstal ter waarde van in totaal € 63.110.

De rechtbank oordeelt als volgt. Werkneemster betwist dat zij voor een bedrag van € 63.110 aan waardecheques heeft gestolen. Volgens haar gaat het om een bedrag van € 15.000. Zij stelt dat meerdere personen waardecheques hebben weggenomen, zodat niet alle door haar bestelde waardecheques door haar zijn gebruikt. Werkneemster heeft haar betoog, in het licht van de betwisting daarvan door de Staat, onvoldoende concreet onderbouwd. In vrijwel alle gevallen zijn de bestellingen door werkneemster zelf gedaan en heeft zij de interne akkoordverklaring aangevraagd. Werkneemster wordt derhalve verantwoordelijk gehouden voor het verdwijnen van een bedrag van € 63.110. Volgt toewijzing van de vorderingen.