werknemer/werkgever

Werknemer is als afdelingschef werkzaam bij een supermarkt. De toepasselijke huisregels bevatten bepalingen over de aankoop van goederen door personeel van de supermarkt. Werknemer is op staande voet ontslagen wegens het zonder toestemming en in strijd met de huisregels meenemen van twee broden en een pak sap (zonder te betalen). Werknemer beroept zich op de vernietigbaarheid van het ontslag.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Werknemer is op de hoogte van de huisregels en de regels met betrekking tot het doen van privéaankopen door personeel. Werknemer is aanwezig geweest bij frequent overleg over dit onderwerp en is uit hoofde van zijn leidinggevende functie verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de regels. Door de goederen zonder betaling mee te nemen, heeft werknemer de huisregels flagrant geschonden en daarmee zijn verplichtingen grovelijk veronachtzaamd. De verklaring van werknemer dat hij nog in gedachten was verzonken na een gesprek is niet afdoende. Gelet op de tijdspanne waarin de verschillende handelingen hebben plaatsgevonden, heeft werknemer alle tijd gehad zich te realiseren dat hij nog producten moest afrekenen. Werknemer kwam wel terug in de winkel omdat hij was vergeten uit te klokken en had zich op dat moment kunnen en moeten realiseren dat hij ook nog moest afrekenen. Ook bij thuiskomst – werknemer stelt dat hij zich toen pas realiseerde dat hij was vergeten af te rekenen – heeft hij niet direct actie ondernomen om zijn omissie recht te zetten, terwijl hij wist hoe zwaar aan het naleven van de huisregels wordt getild. Zowel in objectieve als in subjectieve zin is sprake van een dringende reden die het ontslag op staande voet rechtvaardigt.