Naar boven ↑

Rechtspraak

werkgeefster/werknemer
Rechtbank Gelderland, 21 februari 2013

werkgeefster/werknemer

Ontbinding arbeidsovereenkomst docent wegens verstoorde arbeidsrelatie die aan werkgeefster is te wijten. Geen vergoeding boven op bovenwettelijke werkloosheidsuitkering

Werknemer is sinds 1990 in dienst als docent. In mei 2010 rapporteert de bedrijfsarts dat werknemer een operatie te wachten staat, waardoor hij langere tijd arbeidsongeschikt zal zijn. Werknemer is een vertrekregeling geboden. Deze regeling heeft werknemer op dat moment geweigerd vanwege uitkeringstechnische gevolgen van zijn ziekte. Thans verzoekt werkgeefster ontbinding, primair wegens een dringende reden. Gesteld wordt dat werknemer in de zomer van 2012 weer aan de slag is gegaan, maar dat elke motivatie bij werknemer blijkt te zijn verdwenen. Er zijn ernstige klachten over werknemer geweest van studenten, leerkrachten en basisscholen.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Nu een vruchtbare samenwerking niet meer mogelijk is, wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden. Toen werknemer in 2012 weer aan de slag ging, hing de vertrekregeling die partijen in 2010 hadden gesloten boven de markt. Dat werknemer had gedacht dat de vertrekregeling over zijn ziekte heen getild zou worden, wekt op zichzelf geen verbazing. Onvoldoende gebleken is dat werkgeefster uit was op een nieuwe start met werknemer. Het was aan werkgeefster geweest daarover volstrekte openheid en duidelijkheid te betrachten en werknemer wat betreft haar verwachtingen over de wijze van functioneren bij de hand te nemen. Voordat werknemer uitviel, was er al langdurig kritiek op zijn functioneren. Het was een kwestie van tijd dat de klachten zouden herleven. Van een dringende reden is geen sprake. De allengs verslechterde arbeidsverhouding komt in overwegende mate voor rekening en risico van werkgeefster, doordat zij werknemer te weinig houvast of richtlijnen heeft gegeven. Er is aanleiding om aan werknemer een vergoeding toe te kennen. Werkgeefster heeft onder verwijzing naar de Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Hoger Beroepsonderwijs (BWRHBO) uiteengezet dat de gehele WW-uitkering, een aanvullende uitkering en een aansluitende uitkering volledig voor haar rekening komen. Bij weglating van de kosten ‘bruto WW’ resteert een bedrag van € 127.715,84, zijnde een bedrag dat een afwikkeling volgens toepassing van de neutrale factor benadert, dan wel overschrijdt. Er is geen aanleiding voor toekenning van een vergoeding daarbovenop.

  • Instantie: Rechtbank Gelderland
  • Datum uitspraak: 21-02-2013
  • Roepnaam: werkgeefster/werknemer
  • Zaaknummer: 852718 \ HA VERZ 12-1393 \ 169
  • Nummer: AR-2013-0199