Naar boven ↑

Rechtspraak

ABN AMRO/Neefs
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23 april 2013

ABN AMRO/Neefs

Uitleg ketenregeling en uitzendperiodes in cao ABN AMRO. Slechts de uitzendperiode 26 weken voorafgaand aan het dienstverband bij ABN AMRO zijn uitgesloten van de ketenregeling. Alle overige uitzendperiodes tellen gewoon mee

Neefs is van 2007 tot 2011 via Randstad werkzaam geweest voor ABN AMRO in de functie van callcentermedewerker (viermaal een uitzendovereenkomst). Met ingang van 9 augustus 2011 is zij op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in dienst getreden van ABN AMRO. Op deze arbeidsovereenkomst is de ABN AMRO-cao van toepassing. Neefs stelt zich op het standpunt dat haar arbeidsovereenkomst er een voor onbepaalde tijd is. ABN AMRO betwist dit standpunt en wijst op de relevante cao-bepaling, die luidt: ‘(...) De duur van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is maximaal drie jaren. In afwijking van wettelijke bepalingen wordt bij het aangaan of verlengen van zo’n arbeidsovereenkomst geen rekening gehouden met alle uitzend- en detacheringsperiodes bij de Bank, die liggen in het halfjaar voorafgaand aan de eerste arbeidsovereenkomst.’ Het geschil spitst zich toe op de uitleg van deze cao-clausule. Neefs stelt zich op het standpunt dat alleen de uitzendovereenkomst die 26 weken of korter heeft geduurd voor aanvang dienstverband niet meetelt. ABN AMRO stelt zich op het standpunt dat alle uitzendovereenkomsten buiten beschouwing gelaten moeten worden.

Het hof oordeelt als volgt. Met Neefs is het hof van oordeel dat uit de toevoeging van de woorden ‘alle’ en ‘die liggen in het halfjaar voorafgaand aan de eerste arbeidsovereenkomst’, volgt dat haar uitzendovereenkomsten wel meetellen in de keten. De cao-partijen hadden, indien de uitleg van ABN AMRO dient te worden gevolgd, deze woorden weg kunnen laten, maar dat hebben ze niet gedaan. Neefs wijst daarbij op het feit dat in de cao uitdrukkelijk niet is gekozen voor de mogelijkheid om de gehele voorgaande uitzendrelatie niet mee te tellen in de keten zoals bedoeld in artikel 7:668a BW, hetgeen ook overeenstemt met het doel van artikel 7:668a BW en de Richtlijn 1999/70/EG. De uitleg van ABN AMRO zou er voorts toe leiden dat Neefs eerst na zesenhalf jaar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd zou verweren. Dat kan niet de bedoeling van de cao-partijen zijn geweest. Het voorgaande leidt ertoe dat de uitzendperiodes meetellen in de keten van artikel 7:668a BW en Neefs een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft.