Rechtspraak
werkneemster/werkgeverRechtbank Midden-Nederland, 3 juli 2013
werkneemster/werkgever
Werkneemster is sinds 1984 in dienst. Sinds 2003 is zij werkzaam als medewerker administratie. Als gevolg van een reorganisatie is er een nieuwe centrale afdeling administratie opgericht. Werkneemster is aangemerkt als medewerker reserveringen en is boventallig verklaard. De door werkgever aangevraagde ontslagvergunning is geweigerd, omdat werkneemster als medewerker administratie dient te worden aangemerkt en bij juiste toepassing van het afspiegelingsbeginsel in dienst hoor te blijven. Werkneemster is vervolgens medegedeeld dat haar functie is komen te vervallen en dat zij voortaan werkzaam zou zijn als medewerker debiteurenbeheer voor 3 uur per dag en medewerker hostess voor 3,5 uur per dag. Bovendien zal zij voortaan om 8.00 uur moeten beginnen met werken in plaats van om 8.30 uur. Werkneemster gaat hiermee niet akkoord en stelt dat werkgever verplicht is haar een passende administratieve functie aan te bieden op de centrale afdeling administratie.
De kantonrechter oordeelt als volgt: voor de reorganisatie was werkneemster al belast met de taak debiteurenbeheer, maar de functie medewerker hostess is nieuw voor haar. Het aanbod van werkgever houdt derhalve een gedeeltelijke wijziging van haar functie in. Gelet op de overgelegde producties en de toelichting ter zitting is voldoende aannemelijk dat werkneemster voorafgaand aan de reorganisatie hoofdzakelijk werkzaam was als medewerker administratie. Gebleken is, dat er thans nog steeds administratieve werkzaamheden zijn die op centraal dan wel decentraal niveau gedaan moeten worden en die werkneemster gelet op haar kennis en ervaring zou kunnen verrichten. Gelet hierop moet worden geoordeeld dat er als gevolg van de reorganisatie geen sprake is van gewijzigde omstandigheden die een wijziging van de functie van werkneemster noodzakelijk maken. Het gegeven dat er binnen de centrale afdeling administratie slechts twee functies zijn voor medewerkers administratie en dat deze functies reeds door mevrouw Z en de heer E worden bekleed, kan in dit verband niet als een relevante omstandigheid worden aangemerkt, nu het UWV heeft geoordeeld dat op grond van het afspiegelingsbeginsel zeer waarschijnlijk mevrouw Z als boventallig had moeten worden aangemerkt. Werkneemster is niet op grond van goed werknemerschap gehouden de functie van medewerker hostess te aanvaarden en maakt aanspraak op een volledig administratieve functie op de centrale afdeling administratie.