werkgeefster/werkneemster

Werkneemster is sinds 2008 in dienst van het Pon-concern, waartoe werkgeefster behoort. Zij is als vestigingsmanager werkzaam bij Auto Hoogenboom. Werkgeefster verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische redenen. Als gevolg van sterk tegenvallende resultaten is ingrijpen noodzakelijk en is de arbeidsplaats van werkneemster komen te vervallen, aldus werkgeefster.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Werkneemster is in 2008 haar loopbaan binnen het Pon-concern begonnen via het Pon Management Trainee-programma. Naar onweersproken door werkneemster is gesteld, wordt zij beschouwd als toekomstig management van het Pon-concern. In de weg ernaartoe is het de bedoeling zo veel mogelijk managementervaring bij verschillende bedrijfsonderdelen op te doen. Indien geen promotie meer gemaakt kan worden of de werkzaamheden zijn voltooid, dient werkneemster zelf te bezien wat een passende functie binnen het Pon-concern is, aldus werkgeefster. Een reorganisatie van een onderneming binnen het Pon-concern ligt evenwel in de risicosfeer van de werkgever. Dat brengt met zich dat op de werkgever een grotere zorgplicht rust met betrekking tot herplaatsing van de betrokken werkneemster/trainee en de hulp daarbij. Van werkgeefster had als goed werkgever mogen worden verwacht dat de mogelijkheden tot herplaatsing elders of binnen het concern zouden worden onderzocht. Het aanbieden van – wat de gemachtigde in dit verband noemt een blanco cheque – is in strijd met het goed werkgeverschap. Dat klemt temeer nu werkneemster voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er thans negen relevante vacatures zijn waarin zij gezien haar werkervaring zou kunnen instromen. Volgt afwijzing van het ontbindingsverzoek.