Rechtspraak
werknemer/werkgeefsterRechtbank Den Haag, 3 april 2014
werknemer/werkgeefster
Werknemer is van 1 september 2012 tot 1 november 2013 op basis van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd in dienst geweest in de functie Export Manager Europa. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentie- en relatiebeding opgenomen voor de duur van twee jaar na het einde van de arbeidsovereenkomst. Werknemer is sinds 1 november 2013 werkloos, maar heeft een aanbod gekregen om bij X in dienst te treden in de functie van Sales Manager. Werknemer vordert bij voorlopige voorziening het concurrentie- en relatiebeding te schorsen.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Het concurrentiebeding tussen partijen wordt met onmiddellijke ingang geschorst. Van belang is dat het dienstverband (arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd) slechts veertien maanden heeft geduurd. De duur van het concurrentiebeding van twee jaar staat hiermee in geen verhouding. De functie van werknemer bij X verschilt bovendien wezenlijk van de bij werkgeefster uitgeoefende functie en onvoldoende weersproken is dat werknemer niet over concurrentiegevoelige kennis betreffende werkgeefster en contacten beschikt. Bovendien blijft een geheimhoudingsbeding van toepassing. Voorts kan werknemer een niet geringe positieverbetering verkrijgen door in dienst te treden van X, onder meer bestaande in een aanzienlijk hoger salaris en een bonusregeling. Werkgeefster heeft aangegeven alleen te kunnen instemmen met een beperking van het concurrentiebeding indien niet alleen werknemer maar ook X zich zou onthouden van het benaderen van cliënten van werkgeefster. Dit is een oneigenlijk gebruik van het concurrentiebeding nu werkgeefster daarmee beoogt, zulks in strijd met Europese wetgeving, om haar concurrentiepositie ten opzichte van X te versterken en de vrije concurrentie tussen beide bedrijven in te perken. Ook de vordering tot schorsing van het relatiebeding wordt toegewezen. Verboden wordt zelfs contacten te onderhouden met potentiële relaties van werkgeefster waarmee werkgeefster (niet werknemer) gedurende de laatste twee jaar voorafgaand aan de beëindiging van het dienstverband enigerlei contact heeft gehad. Onduidelijk is hoe werknemer moet weten of begrijpen met al welke relaties werkgeefster twee jaar voorafgaand aan de beëindiging van het arbeidscontract contact heeft gehad.