Rechtspraak
X/Sichting Landstede
X is, deels in privé, deels middels zijn eenmanszaak, gedurende een periode van in ieder geval tien jaar directeur geweest van de Internationale School Eerde (hierna: ISE), onderdeel van Landstede. Tussen partijen is overeengekomen dat X per 1 mei 2012 zou terugtreden als directeur van ISE, terwijl hij vanaf dat moment werkzaamheden zou gaan verrichten als ‘Gedelegeerd Commissaris’. X vordert betaling van € 50.000 als vergoeding voor zijn werkzaamheden. Landstede stelt dat voor de werkzaamheden na het terugtreden van X als directeur niet is afgesproken dat hij daarvoor een vergoeding zou krijgen.
De voorzieningenrechter is voorshands van oordeel dat tussen partijen in het geheel niet is gesproken over het al dan niet vergoeden van de werkzaamheden. Evenwel kan niet zonder meer worden aangenomen dat X in het geheel geen vergoeding zou ontvangen voor zijn werkzaamheden na 1 mei 2012, zulks mede gelet op de voorgeschiedenis waarin X zowel uit arbeidsovereenkomst als uit overeenkomst van opdracht betaalde werkzaamheden als directeur heeft uitgevoerd. Aangezien Landstede X (in ieder geval) opdracht heeft gegeven om als Gedelegeerd Commissaris werkzaamheden te verrichten, is Landstede – ingeval X daadwerkelijk werkzaamheden heeft verricht – een redelijk loon verschuldigd. Gelet op het in het verleden gehanteerde loon van € 110 exclusief btw per uur, wordt dit een redelijk loon geacht. Indien Landstede had gewild dat X de onderhavige werkzaamheden onbezoldigd zou verrichten, had het op haar weg gelegen daarover duidelijke afspraken te maken. Gesteld noch gebleken is dat zulks het geval is geweest. De omvang van de werkzaamheden zijn, gezien de betwisting door Landstede, niet (voldoende) inzichtelijk gemaakt door X. Nu evenwel erkend wordt door Landstede dat er wel werkzaamheden door X zijn verricht, is een voorschot van € 10.000 (incl.btw) redelijk. Dit bedrag wordt toegewezen.