Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting Arkin/werkneemster
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 29 augustus 2014
ECLI:NL:RBAMS:2014:6288

Stichting Arkin/werkneemster

Verpleegkundige raadpleegt zonder toestemming 469 keer het medisch dossier van haar zus, die is opgenomen op de locatie waar werkneemster werkt. Geen dringende reden, omdat geen protocol bestaat voor de situatie dat een familielid wordt opgenomen. Ontbinding wegens verstoorde arbeidsrelatie.

Werkneemster is sedert 15 september 2000 in dienst van Arkin, laatstelijk als verpleegkundige I. Sinds 2007 is de zus van werkneemster voor ernstige psychiatrische en verslavingsproblematiek onder behandeling op de locatie van Arkin. Werkneemster is niet de behandelaar van de zus en zij is geen contactpersoon van de zus. In de periode januari 2013-juni 2014 heeft werkneemster 469 keer het dossier van haar zus bij Arkin geraadpleegd. Zij had daarvoor geen toestemming van de behandelaar, van haar leidinggevende of van iemand binnen de organisatie. Arkin verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst, primair wegens een dringende reden. Arkin stelt – kort gezegd – dat werkneemster niet heeft gehandeld zoals van een professional mag worden verwacht. Zij heeft door in het dossier van haar zus te kijken, de integriteitsregels ernstig geschonden. Artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) legt artsen en verpleegkundigen geheimhouding op. Ook artikel 7:457 BW geeft aan het medische beroepsgeheim invulling. Dit beroepsgeheim heeft werkneemster doorbroken. Als BIG-geregistreerde is werkneemster van deze regels zeer goed op de hoogte en het 469 keer raadplegen van het dossier van haar zus, gaat alle perken te buiten.

Met Arkin is de kantonrechter van oordeel dat het verwijt dat werkneemster kan worden gemaakt, zeer ernstig is. Zij had zichzelf nooit toegang tot het elektronische patiëntendossier van haar zus mogen verschaffen, zonder daarvoor voorafgaande toestemming te hebben van de behandelaar(s) van haar zus, ook niet als zij daarvoor toestemming had van haar zus en/of de zus er expliciet om heeft gevraagd. De geheimhoudingsverplichting, die op behandelaars rust, brengt mee dat de behandelaars beslissen welke informatie aan wie verstrekt kan worden. Het is hun recht. Werkneemster heeft – zo staat vast – daarop in vergaande mate en op onaanvaardbare wijze inbreuk gemaakt. Dat niettemin in casu geoordeeld wordt dat geen sprake is van een dringende reden is gelegen in het feit dat ook Arkin een verwijt kan worden gemaakt. Arkin had ervoor dienen zorg te dragen dat werkneemster niet in deze positie kwam te verkeren. Binnen de instelling is klaarblijkelijk geen protocol aanwezig waarin is weergegeven hoe te handelen als een (direct) familielid van een medewerker in de locatie waar die medewerker werkzaam is, wordt opgenomen. Mee telt ook dat werkneemster kan bogen op een langer dienstverband waarbinnen zij goed heeft gefunctioneerd, terwijl het een zwaar beroep betreft. Voorts weegt mee dat de opname van haar zus in de instelling niet de keuze van werkneemster is geweest en dat de druk vanuit haar familie omtrent het geven van informatie hoog zal zijn geweest. Nu wel sprake is van een vertrouwensbreuk, wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden onder toekenning van een vergoeding met C=0,3 (€ 7.000 bruto).