Rechtspraak
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 18 augustus 2015
ECLI:NL:OGEAA:2015:237
Union Electricistas Arubano en Algemene Vakbond der Stafleden i.o./Electriciteit-Maatschappij Aruba (ELMAR)
De vakbonden vorderen dat voor recht wordt verklaard dat de gebruikelijke verplichte opname van vakantiedagen tussen Kerst en Oud en Nieuw en de dag na Hemelvaartsdag en de dagen voorafgaande aan of aansluitend op 18 maart en 1 mei (als deze aansluiten op een weekend) door (de leden van) UEA c.s. verworven rechten zijn die niet zonder meer unilateraal door ELMAR kunnen worden gewijzigd. ELMAR stelt onder meer dat ALVAST geen rechtspersoonlijkheid bezit in de zin van artikel 3:308a BW.
Het Gerecht oordeelt als volgt. Het verweer van ELMAR slaagt niet, omdat ALVAST onbestreden heeft gesteld dat zij zich naar derden toe manifesteert als vereniging (waarvan de leden contributie betalen), en als zodanig ter zake van de hierna te bespreken kwestie langdurig heeft onderhandeld met ELMAR. Uit deze feitelijkheden volgt dat ALVAST een samenwerkingsverband betreft van personen (de leden) dat als eenheid deelneemt aan het rechtsverkeer. Voor het zijn van een rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging is vereist dat een dergelijk samenwerkingsverband een eigen van haar leden onderscheidenlijke identiteit heeft en als zodanig als eenheid aan het rechtsverkeer deelneemt door zich als subject van rechten en verplichtingen te gedragen. Naar het oordeel van het Gerecht voldoet ALVAST aan die criteria, althans niet is gesteld door ELMAR dat dit niet het geval is. Het ontvankelijkheidsverweer van ELMAR wordt verworpen.
ELMAR heeft vanaf (op zijn laatst) begin 2012 aan haar personeel (waaronder begrepen de leden van UEA c.s.) haar voornemen medegedeeld dat zij voortaan ook in december open zal blijven teneinde ook dan service te kunnen verlenen aan haar klanten. Die mededeling heeft veel stof doen opwaaien op de werkvloer van ELMAR, en gaf aanleiding tot al dan niet schriftelijke discussie tussen partijen tot in elk geval 19 oktober 2012. Op die datum is UEA een nieuwe cao overeengekomen met ELMAR. Artikel 31 daarvan – ter zake van welk artikel ALVAST heeft verklaard het te respecteren – geeft bepalingen ter zake van vakantiedagen waarop werknemers aanspraak kunnen maken. Het vierde lid van dat artikel bepaalt dat de werkgever de datum bepaalt waarop de vakantie van een werknemer ingaat en dat de werkgever daarbij zo veel mogelijk rekening zal houden met redelijke verlangens van de werknemer. Het zevende lid bepaalt dat ELMAR bevoegd (en dus niet verplicht) is om per jaar maximaal vier werkdagen als zogeheten verplichte snipperdagen vast te stellen, met dien verstande dat (1) uitsluitend hele werkdagen als zodanig kunnen worden vastgesteld, (2) dienaangaande vooraf overleg met UEA heeft plaatsgevonden en (3) dat verplichte snipperdagen uiterlijk één week vooraf bekend worden gemaakt. Reeds uit al het vorenstaande volgt dat geen sprake kan zijn van verworven rechten zoals gesteld door UEA c.s., althans mist hun stelling dat dit het geval is in het hiervoor geschetste verband voldoende grondslag. Als immers sprake zou zijn van die verworven rechten, valt zonder meer niet in te zien waarom UEA voormeld artikel 31 van de cao is overeengekomen op 19 oktober 2012 en dat ALVAST heeft verklaard dat zij dat artikel zal respecteren, welk artikel nu juist aan ELMAR – hangende een discussie daarover – de bevoegdheid geeft om al dan niet verplichte snipperdagen vast te stellen.