Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 26 april 2016
ECLI:NL:RBNHO:2016:3209
A c.s./easyJet Airline Company Limited
Werknemers A en B zijn in dienst van easyJet als captain. B heeft bij e-mail van 15 december 2015 een verzoek gedaan om ouderschapsverlof op te nemen. B verzoekt vanaf 1 april 2016 ingeroosterd te worden volgens een 7/7 rooster. A heeft bij e-mail van 19 december 2015 een verzoek gedaan om ouderschapsverlof op te nemen. A verzoekt vanaf 1 april 2016 ingeroosterd te worden volgens een 7/7 rooster. A en B voldoen aan de wettelijke eisen zoals deze gesteld worden in de Wet arbeid en zorg (Wazo). Zij staan beiden in familiaire betrekking tot een kind jonger dan acht jaar en beiden verzoeken zijn tijdig gedaan. Bij brieven van 26 februari 2016 heeft easyJet bericht dat het ouderschapsverlof wordt verleend, maar dat zij een andere invulling aanbiedt. Deze invulling houdt in dat A en B vanaf 1 april 75% werken in een 21/7 rooster, dat zij in de maanden juli, augustus, september en oktober 2016 100% werken en vanaf 1 november 2016 weer 75% in een 21/7 rooster. A en B zijn niet akkoord gegaan met dit aanbod. In de onderhavige procedure stellen A en B zich op het standpunt dat easyJet te laat het ouderschapsverlof eenzijdig heeft gewijzigd en dat easyJet geen zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang heeft voor deze wijziging.
De kantonrechter oordeelt als volgt. EasyJet heeft bij brieven van 26 februari 2016 aan A en B aangegeven dat zij ouderschapsverlof mogen opnemen, maar heeft een andere invulling aangeboden. Hoewel in de brief gesproken wordt van ‘offering an alternative implementation’, hetgeen gelijk is aan het aanbieden van een andere invulling, is de kantonrechter voorlopig van oordeel dat easyJet hiermee het op te nemen ouderschapsverlof wilde wijzigen in de zin van artikel 6:3 lid 3 Wazo. EasyJet heeft deze wijziging dan ook tijdig aan A en B bericht. Ten eerste voert easyJet aan dat er sprake is van een zwaarwegend bedrijfsbelang in verband met roostertechnische problemen, nu easyJet op de basis in Amsterdam met een geautomatiseerd rooster werkt waarbij inroosteren volgens het 7/7-principe niet in het systeem is verwerkt. Hoewel het handmatig inroosteren meer inspanning van easyJet zal kosten, is hierbij geen sprake is van een dusdanig zwaarwegend bedrijfsbelang dat easyJet de invulling van het ouderschapsverlof eenzijdig mag aanpassen. Dat handmatig inroosteren zal leiden tot onaanvaardbare risico’s volgt de kantonrechter niet. Immers, uiteindelijk is het rooster, of dat geautomatiseerd of handmatig tot stand komt, de verantwoordelijkheid van de werkgever.
Ten tweede voert easyJet aan dat er sprake is van een zwaarwegend bedrijfsbelang in verband met bezettingsproblemen. Als A en B op een 7/7-rooster werken, kunnen zij minder flexibel ingeroosterd worden, waardoor de bezetting van 5,5 tot 6 fte per vliegtuig in het gedrang komt en overige (plotselinge) roosterwijzigingen, zoals door ziekte of vertragingen, niet meer opgevangen kunnen worden. Deze stelling volgt de kantonrechter eveneens voorlopig niet. Zoals in veel organisaties zal, als er ouderschapsverlof opgenomen wordt, geschoven moeten worden met diensten of vervanging geregeld moeten worden. Hoewel de kantonrechter begrijpt dat vervanging niet op zeer korte termijn te regelen is, is het niet onmogelijk. Daarbij komt dat er in de bezetting per vliegtuig ruimte is voor het opvangen van onvoorziene omstandigheden. Als voorlopig oordeel worden de primaire verzoeken van A en B toegewezen (ouderschapsverlof conform de door hen verzochte wijze), met uitzondering van de gevorderde maximaal aantal uren per jaar. A en B stellen dat zij vrezen dat easyJet hen anders qua uren fulltime zal gaan inroosteren in een parttime rooster. De kantonrechter volgt dit voorlopig niet. EasyJet heeft aangevoerd dat zij regels dienen te volgen ten aanzien van rusttijden. A en B hebben niet gesteld dat easyJet in strijd met deze regels zal gaan inroosteren. Het instellen van een maximumaantal uren zal volgens easyJet leiden tot grotere complicaties in het inroosteren en dit is onvoldoende weersproken door A en B. A en B hebben hun belangen op dit punt ten opzichte van het belang van easyJet onvoldoende onderbouwd.