Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemers/Rabobank
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Arnhem), 4 april 2017
ECLI:NL:GHARL:2017:2950

werknemers/Rabobank

Werkgever komt bij keuzes betreffende de organisatie en de inrichting van de werkzaamheden in haar onderneming de nodige beleidsvrijheid toe. Wijziging van functies correct doorgevoerd.

Feiten

Binnen de Rabobank vindt in het kader van het collectiveren van de mid- en backofficeprocessen PA en PB een wijziging van functie plaats. Als gevolg van deze organisatieverandering heeft een lokale bank met instemming van de OR het volgende aan een aantal werknemers geschreven: ‘Het gevolg van de organisatieverandering is dat de functie van Assistent Accountmanager PB A met ingang van 1 november 2016 wijzigt. (...) Jij bent geschikt bevonden voor de gewijzigde functie en na afspiegeling geplaatst. Daarom word je op 1 november 2016 benoemd in de functie van Financieel Administratief Ondersteuner B. (...)

De standplaats van de gewijzigde functie is Houten.’ Werknemers zijn het niet met deze plaatsing eens en vorderen een voorziening waarbij Rabobank wordt opgedragen het besluit tot benoeming van hen in de functie van Financieel Ondersteuner B per 1 november 2016 in te trekken totdat in een bodemprocedure op de passendheid van deze functie zal zijn beslist, alsmede een voorziening waarin Rabobank wordt opgedragen primair werknemers in aanmerking te brengen voor de functie Assistent Accountmanager Private Banking B, beide voorzieningen op straffe van een dwangsom, subsidiair Rabobank te veroordelen het bij laatstgenoemde functie behorende salaris en arbeidsvoorwaarden toe te kennen. Deze voorziening is afgewezen.

Oordeel

Het hof oordeelt als volgt.

Ondernemingsvrijheid bij herstructurering

Het hof overweegt allereerst dat het onderhavige geschil zich afspeelt in het kader van een omvangrijke herstructureringsoperatie, die het gevolg is van een nieuw Strategisch Kader dat de koers aangeeft voor Rabobank richting 2020 en dat Rabobank als werkgever ten aanzien van de daarbij te maken keuzes betreffende de organisatie en de inrichting van de werkzaamheden in haar onderneming de nodige beleidsvrijheid toekomt (HR 1 juli 1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC1032). Uitgangspunt bij de beoordeling is het binnen de bank geldende Referentieprofiel, waaruit blijkt van een onderscheid tussen de functies van Assistent Accountmanager PB A en Assistent Accountmanager PB B. In het kader van de reorganisatie is de keuze gemaakt dat het merendeel van het takenpakket behorend bij de functie Assistent Accountmanagers PB A overgaat naar COF (deze functie is aangemerkt als ‘gewijzigd’ als bedoeld in het sociaal plan) en dat taken van functie van Assistent Accountmanager PB B gehandhaafd blijft bij de lokale banken (deze functie is aangemerkt als ‘ongewijzigd’). In het adviestraject met de (centrale) ondernemingsraad is aan de orde geweest dat het onderscheid tussen beide functies in de praktijk niet altijd werd herkend en dat aan het Referentieprofiel op lokale kantoren verschillend invulling is gegeven. Daarop is het besluit gevolgd dat in geval sprake is van afwijking van het Referentieprofiel de feitelijke werkzaamheden leidend zijn bij de uitvoering van de reorganisatie op lokaal niveau. De formele functie van werknemers was die van Assistent Accountmanager PB A. In hoger beroep lijken zij dat in twijfel te trekken, waar zij betogen dat in de arbeidsovereenkomsten, op de salarisspecificaties en op de website deze functie niet terugkomt, maar dat daarop de functiebenaming Assistent Accountmanager PB (zonder toevoeging A of B) is vermeld. Vast staat echter dat zij betaald werden conform de bij de functie van Assistent Accountmanager PB A behorende salarisschaal 5 en dat zij zich nimmer op het standpunt hebben gesteld dat zij eigenlijk in salarisschaal 6 (behorende bij de functie van Assistent Accountmanager PB B) thuishoorden. Ook uit de door Rabobank overgelegde en door werknemers ondertekende ‘Verklaring inzake bevoegdheden’ blijkt duidelijk dat hun formele functie Assistent Accountmanager PB A was. Nu deze functie in de reorganisatie als ‘gewijzigd’ is aangemerkt, is het uitgangspunt dat de daaraan verbonden consequenties gelden voor werknemers.