Naar boven ↑

Rechtspraak

werkgever/werkneemster
Rechtbank Overijssel (Locatie Almelo), 17 september 2015
ECLI:NL:RBOVE:2015:5973

werkgever/werkneemster

Ontbinding wegens verstoorde arbeidsrelatie. Geen aanleiding toekenning billijke vergoeding.

Feiten

Werkneemster is sinds 2000 in dienst als dierenartsassistente. Werkgever verzoekt ontbinding wegens een verstoorde arbeidsrelatie.

Oordeel

Partijen voeren aan dat de redelijke grond voor ontbinding is gelegen in een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. Naar het oordeel van de kantonrechter blijkt uit de door partijen in dat verband naar voren gebrachte feiten en omstandigheden, over en weer onderbouwd met producties, waar onder verklaringen van (ex-)collega’s, voldoende dat sprake is van een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding, zijnde een redelijke grond voor ontbinding als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 onderdeel g BW. De kantonrechter is verder van oordeel dat er geen reden is om te oordelen dat herplaatsing van de werknemer binnen een redelijke termijn nog mogelijk is. De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden. De kantonrechter ziet geen aanleiding om aan werkneemster een billijke vergoeding toe te kennen; slechts de transitievergoeding, waarover partijen het eens zijn, zal worden opgenomen in de beslissing.