Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/werkgeefster
Rechtbank Amsterdam, 5 juni 2017

werkneemster/werkgeefster

Ontslag op staande voet na vermeende ontvreemding van gelden uit de kluis door werkneemster houdt stand. Werkneemster heeft onder meer steeds in strijd met de instructies alleen de afhandeling van contant geld verricht terwijl diende te worden gewerkt met het ‘4 ogenprincipe’.

Feiten

Werkneemster is op 1 mei 2016 in dienst getreden van werkgeefster als Storemanager. Werkneemster is op 23 januari 2017 op staande voet ontslagen, kort gezegd wegens het ontvreemden van € 12.851,35 uit de kluis van de winkel. Tot de taken en verantwoordelijkheden van werkneemster behoorde het opmaken van de kas, het afstorten van contant geld uit de kas in de kluis en het laten vervoeren van contant geld in sealbags voor waardetransporteur G4S naar de bank. Hoewel was voorgeschreven dat diende te worden gewerkt met het ‘4 ogen principe’ heeft werkneemster deze werkzaamheden steeds alleen verricht. In december 2016 werd een enveloppe met contant geld in de winkel vermist. Werkneemster heeft dit op 4 januari 2017 aan werkgeefster gemeld. Naar aanleiding hiervan heeft werkgeefster de (digitale) kasadministratie, de kasstromen en de kluis van de winkel onderzocht. Uit die gegevens bleek dat € 12.851,35 aan kasgeld dat zich in de kluis zou moeten bevinden, omdat het niet via G4S was afgestort, ontbrak. Werkneemster had daarvan geen melding gemaakt. Werkneemster is door werkgeefster geschorst voor nader onderzoek. Uit de gegevens van G4S blijkt dat de inhoud van de door werkneemster afgegeven sealbags strookte met de daarbij door haar opgegeven bedragen, zij het dat over de periode 15 juli 2017 tot 12 januari 2017 in totaal € 600 aan vals geld is aangetroffen, dit hoewel bij de kassa in de winkel een valsgelddetector beschikbaar is. Bij brief van 23 januari 2017 heeft werkgeefster het ontslag aan werkneemster bevestigd. Als dringende reden voor ontslag is in de ontslagbrief vermeld dat werkneemster het geld van werkgeefster niet op de voorgeschreven wijze heeft afgedragen, geld uit de kluis heeft weggenomen en niet afgedragen aan G4S, werkgeefster hier ernstig mee heeft benadeeld en de processen in de winkel van werkgeefster met betrekking tot het afstorten van geld niet heeft nageleefd. Door een en ander is het vertrouwen in haar geschonden. Werkneemster verzoekt primair om de opzegging van de arbeidsovereenkomst per 23 januari 2017 te vernietigen.

Oordeel

De kantonrechter is van oordeel dat het ontslag op staande voet gegrond is. Weliswaar ontkent werkneemster dat zij het geld uit de kluis heeft weggenomen, maar dat houdt tegenover de vaststaande feiten geen stand. Het is juist dat werkgeefster lange tijd onvoldoende controle heeft uitgevoerd en dat zij aan de hand van de digitaal ter beschikking staande informatie over het kasgeld en de gegevens met betrekking tot het via G4S afgestorte geld al veel eerder had kunnen constateren dat een en ander niet met elkaar strookte en dat er dus ‘op papier’ een aanzienlijk bedrag in de kluis bleef, waarop zij werkneemster had moeten aanspreken, maar dat is voor werkneemster geen excuus. Zij heeft steeds in strijd met de instructies alleen de afhandeling van contant geld gedaan. Kortom, werkneemster heeft als enige de gelegenheid gehad om het geld uit de kuis te ontvreemden en stelt daartegenover geen ander mogelijk scenario voor het verdwijnen ervan. De slotsom is dat de verzoeken van werkneemster zullen worden afgewezen.

  • Instantie: Rechtbank Amsterdam
  • Datum uitspraak: 05-06-2017
  • Roepnaam: werkneemster/werkgeefster
  • Zaaknummer: 5842743 EA 17-264
  • Nummer: AR-2017-0762