Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 24 november 2021
ECLI:NL:RBNHO:2021:12829
Feiten
Werknemer is met ingang van 6 juli 2018 door uitzendbureau Allroad Projecten B.V. (hierna: Allroad) uitgezonden naar Connexxion Openbaar Vervoer N.V. (hierna: Connexxion) om als buschauffeur werkzaamheden te verrichten en gelijktijdig een opleidingstraject te volgen. Op 9 april 2019 heeft er een eerste functioneringsgesprek plaatsgevonden tussen werknemer, de leidinggevende en medewerker A van Allroad. In dit gesprek zijn als verbeterpunten aangekaart: het opvolgen van de ziekmeldingsprocedure, het op tijd beginnen met de aanvang van de dienst en het beter bereikbaar zijn via e-mail en telefoon. In het gespreksverslag van het functioneringsgesprek van 1 november 2019 tussen werknemer, de leidinggevende en namens Allroad medewerker B staat: ‘Verbetering in functioneren laten zien, krijgt contract aangeboden bij Connexxion. Gefeliciteerd!’. Werknemer en de leidinggevende hebben op 16 en 24 november 2019 met elkaar gesproken. Bij e-mail van 17 december 2019 heeft medewerker C van Allroad onder meer aan werknemer geschreven dat het contract bij Connexion ingaat per 5 januari 2020 en werknemer tot die tijd krijgt verloond via Allroad. Op 3 december 2019 heeft werknemer in een WhatsApp-bericht aan de leidinggevende gevraagd of hij vakantie kon opnemen van 23 tot 27 december 2019. Dit verzoek is door de leidinggevende geweigerd. Op 23 december 2019 heeft werknemer zich ziek gemeld. Op 3 januari 2020 heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen werknemer, medewerker B en de leidinggevende. In de bevestigingsmail staat onder meer dat er geen vertrouwen meer is in een samenwerking, waardoor de werkzaamheden bij Connexxion per direct stoppen. Reden hiervoor is dat werknemer niet bereikbaar was voor werkgever gedurende de arbeidsongeschiktheid. Op 15 januari 2020 heeft werknemer aan de leidinggevende geschreven dat hem een toezegging is gedaan voor een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en dat hij nog in dienst is bij Connexxion. Het geschil tussen partijen ziet op de vraag of tussen partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd tot stand is gekomen, en zo niet, of Connexxion de onderhandelingen nog mocht afbreken zonder schadeplichtig te zijn jegens werknemer.
Oordeel
Is een arbeidsovereenkomst tot stand gekomen?
De kantonrechter vindt dat tussen partijen geen arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. Een overeenkomst, en dus ook een arbeidsovereenkomst, komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan. De kantonrechter stelt vast dat uit de beoordeling van 1 november 2019 en de mailwisseling daarover, inderdaad blijkt van de intentie van Connexxion werknemer in vaste dienst te nemen. Ook staat vast dat daarna over de arbeidsovereenkomst is gesproken. Wat in de gesprekken is besproken is niet duidelijk geworden. Uit de mededeling in het gespreksverslag van de beoordeling ‘krijgt contract aangeboden bij Connexxion’, de e-mail van werknemer over welke diensten hij wilde werken en de omstandigheid dat gesprekken hebben plaatsgevonden op 16 en 24 november 2019 tussen werknemer en de leidinggevende over het dienstverband, heeft werknemer naar het oordeel van de kantonrechter niet het gerechtvaardigd vertrouwen kunnen ontlenen dat een arbeidsovereenkomst tussen partijen tot stand is gekomen. Uit deze stukken blijkt immers niet dat partijen op 16 december 2019 (of op een andere dag) volledige overeenstemming hebben bereikt over de essentialia van de arbeidsovereenkomst.
Mocht Connexxion de onderhandelingen nog afbreken?
Connexxion heeft werknemer op 1 november 2019 geschreven ‘krijgt contract aangeboden’ en hem gefeliciteerd met het contract. Daarna hebben partijen gesproken over de diensten die werknemer zou rijden. Ook hebben het uitzendbureau Allroad en Connexxion gesproken over de arbeidsovereenkomst. Hierdoor heeft Connexxion bij werknemer de indruk gewekt dat een arbeidsovereenkomst tot stand zou komen. En werknemer had ook belang bij een vast dienstverband. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Connexxion zich ten onrechte, althans te snel, teruggetrokken uit de onderhandelingen en afgezien van de arbeidsovereenkomst. Als Connexxion twijfelde aan de ziekmelding van werknemer en als Connexxion werknemer niet kon bereiken, had Connexxion, gelet op het belang van werknemer bij de arbeidsovereenkomst, bij Allroad kunnen aandringen op een spoedcontrole en een huisbezoek door de arbodienst, om zo vast te laten stellen of werknemer al dan niet in staat was om werkzaamheden te verrichten en zich aan de controlevoorschriften bij ziekte hield. Omdat zij dit heeft nagelaten staat niet vast dat Connexxion terecht het vertrouwen in werknemer heeft verloren. Daarom moet Connexxion de schade van werknemer vergoeden. De kantonrechter begroot de schade op het netto-equivalent van € 1.464,87 bruto aan inkomstenderving. Dit bedrag is een aanvulling op de WW-uitkering.