Rechtspraak
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 23 oktober 2017
ECLI:NL:RBAMS:2017:7996
werkneemster/Stichting Onderwijsstichting Esprit
Feiten
Esprit Scholen is een onderwijsstichting. Onder het bestuur van Esprit Scholen ressorteert onder andere de Amsterdam International Community School (hierna: AICS). Werkneemster is bij Esprit Scholen in dienst getreden op 28 november 2003, aanvankelijk parttime. Zij geeft les aan de klassen van het voortgezet onderwijs. Vanaf 1 september 1991 tot en met 31 augustus 2005 is werkneemster in dienst geweest als docent bij de Europese School te Bergen NH (hierna: de Europese School). Zij heeft daar lesgegeven in zowel het primair als het voortgezet onderwijs. Op de arbeidsovereenkomst is van toepassing de cao voor het voortgezet onderwijs (hierna: de cao). Werkneemster vordert dat Esprit Scholen veroordeeld zal worden om aan haar te betalen de aan haar op grond van artikel 13.8 cao 2016-2017 toekomende jubileumgratificatie per 1 september 2016 van 50% van het bruto maandsalaris.
Oordeel
Geoordeeld wordt dat de cao 2016-2017, en die cao alleen, bepalend is voor het antwoord op de vraag of werkneemster per 1 september 2016 aanspraak heeft op de jubileumgratificatie. Artikel 13.8 van de cao 2016-2017 verwoordt heel duidelijk wie er recht heeft op een dergelijke gratificatie, namelijk degene die een 25-jarige diensttijd bij het onderwijs heeft, waarbij onder die diensttijd wordt verstaan de tijd doorgebracht in een betrekking in het po, vo, bve (mbo) of hbo. Dat dit leidt tot een ‘ruim’ begrip van wat onder diensttijd bij het onderwijs wordt begrepen, kan niet tot gevolg hebben dat het daarom beperkter moet worden uitgelegd. Tegen een beperking van het begrip diensttijd bij het onderwijs pleit ook dat de cao een minimumkarakter heeft. Dit volgt uit artikel 1.3 van de cao 2016-2017. Werkneemster heeft er voorts terecht op gewezen dat de Europese School zowel primair als voortgezet onderwijs verzorgt en dat zij in haar betrekking dat onderwijs heeft gegeven. Dat blijkt ook uit de tekst op de website van de Europese School. Voorts wordt opgemerkt dat de definities van ‘instelling’ en ‘werkgever’ in de cao 2016-2017 de Europese School niet uitsluiten. Het beroep van Esprit Scholen op het rechtspositiebesluit kan haar niet baten. Het rechtspositiebesluit was (als bijlage 3) geïncorporeerd in de cao 2008-2010 en geldt (derhalve) thans niet meer. Werkneemster heeft verder aangetoond dat het door de Europese School verstrekte onderwijs aansluit binnen de in de WPO en de WVO beschreven onderwijsdefinities. Het primair onderwijs op de Europese School wordt conform de definitie van de WPO gegeven aan leerlingen vanaf 4 jaar. Het legt mede de grondslag voor het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs. Het daaropvolgende voortgezet onderwijs aan de Europese School betreft het onderwijs dat conform de definitie van de WVO aansluitend op en na het basisonderwijs wordt gegeven. Nederland erkent op grond van het Verdrag de Europese School als een publiekrechtelijke instelling waar primair en voortgezet onderwijs gegeven wordt (art. 3, art. 6 en bijlage 1 van het Verdrag). In artikel 3 van het Verdrag staat dat het aan de Europese School verstrekte onderwijs de schoolopleiding tot het einde van het secundair onderwijs omvat. Als verdragsluitende partij erkent de Nederlandse staat het door de Europese School verstrekte onderwijs als zodanig. Voorts heeft werkneemster er terecht op gewezen dat het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) via de onderwijsinspectie benadrukt dat het door de Europese School verstrekte onderwijs erkend primair en voortgezet onderwijs betreft. Het voortgezet onderwijs is daarbij volgens het ministerie gelijk aan het vwo. De gelijkstelling van het voortgezet onderwijs van de Europese School aan het vwo vindt voorts, zo merkt werkneemster terecht op, zijn grondslag in artikel 18 van de ‘Toegevoegde Overeenkomst bij het Statuut van de Europese School houdende vaststelling van een regeling voor het Europese Baccalaureaat’. Dat de bezoldiging van de docenten van de Europese School geregeld is in artikel 35 van het Statuut maakt al het voorgaande niet anders. Het is maar de vraag of de stelling van Esprit Scholen dat de Europese School buiten het Nederlandse onderwijssysteem is geplaatst juist is. Doch zelfs als dit wel juist zou zijn, doet het niet af aan de omschrijving van het begrip ‘diensttijd bij het onderwijs’ ingevolge artikel 13.8 cao 2016-2017, dat dusdanig ruim is dat de diensttijd van werkneemster bij de Europese School eronder valt. Gelet op al het bovenstaande maakt werkneemster terecht aanspraak op de jubileumgratificatie en zal haar vordering worden toegewezen.