Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 17 januari 2018
ECLI:NL:RBROT:2018:491
Van Roosendaal Technisch Uitzendbureau B.V./werknemer c.s.
Feiten
Van Roosendaal Technisch Uitzendbureau B.V. (hierna: VRTU) vordert thans bij dagvaarding een verklaring voor recht dat werknemer tekort is geschoten in zijn verplichting uit hoofde van de arbeidsovereenkomst met VRTU. Laatstgenoemde legt aan de vordering ten grondslag dat werknemer – zonder toestemming – een door VRTU opgebouwde database met gegevens van medewerkers heeft gekopieerd en deze aan derden heeft verstrekt. Daarnaast meent VRTU dat werknemer in dit verband nauw heeft samengewerkt met andere vennootschappen, zodat zij allen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de door VRTU geleden schade.
Oordeel
Onrechtmatige daad werknemer
De rechtbank overweegt als volgt. Uit een op zitting gepresenteerd onderzoeksrapport volgt dat op de computer van de partner van werknemer een database met gegevens van medewerkers van VRTU is aangetroffen met 2071 rijen, waarvan 1958 rijen identiek zijn aan de door VRTU aangeleverde database. Verder volgt uit dit rapport dat bij een derde vennootschap (te weten: Paytra B.V.) eveneens een database is aangetroffen met 2253 rijen, waarvan 2065 rijen overeenkomen met het document van werknemer. Naar het oordeel van de rechtbank heeft werknemer met het kopiëren en het verstrekken van deze gegevens inbreuk gemaakt op een recht van VRTU, althans in strijd gehandeld met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. VRTU stelt voorts dat zij schade heeft geleden doordat bedrijfsgeheime informatie in handen van derden is gekomen en dat haar schade bestaat uit omzetderving omdat haar personeelsbestand van actieve medewerkers onder de 150 is gezakt en werknemer c.s. medewerkers hebben gecontracteerd die voorheen bij VRTU in dienst waren. De rechtbank acht dit voldoende voor het aannemen van de mogelijkheid van schade en wijst de vordering derhalve toe. Uit doelmatigheidsoverwegingen laat de rechtbank verder in het midden of werknemer – naast zijn onrechtmatige gedraging – óók tekort is geschoten in de nakoming van zijn verplichting uit hoofde van de arbeidsovereenkomst, zoals VRTU primair stelt.
Onrechtmatige daad andere vennootschappen
Ten aanzien van het antwoord op de vraag of naast werknemer ook de andere vennootschappen onrechtmatig jegens VRTU hebben gehandeld, stelt de rechtbank het volgende voorop. Werknemer is sinds september 2013 enig aandeelhouder en bestuurder van vennootschap Y. Laatstgenoemde vennootschap heeft tezamen met twee andere persoonlijke holdingvennootschappen de besloten vennootschap AJW Group B.V. opgericht. Deze drie vennootschappen waren nadien gezamenlijk bestuurder van AJW Group B.V. Laatstgenoemde vennootschap heeft op haar beurt AJW Technisch Uitzendbureau B.V. opgericht en is sindsdien enig aandeelhouder en bestuurder van deze vennootschap. Vanaf 16 oktober 2015 is Flexxcompany B.V. enig aandeelhouder van AJW Group B.V. en is werknemer in dienst bij AJW Technisch Uitzendbureau B.V. Daarnaast is Flexxcompany B.V. tevens enig aandeelhouder van Paytra, een payrollbedrijf waarvan AJW Technisch Uitzendbureau B.V. reeds gebruikmaakte toen werknemer nog indirect bestuurder van deze vennootschap was. Naar het oordeel van de rechtbank kan onder deze omstandigheden, waarbij geldt dat alle vennootschappen nauw met elkaar zijn verweven en werknemer ten tijde van zijn onrechtmatige gedraging een belangrijke rol had binnen deze structuur van vennootschappen, de onrechtmatige gedraging van werknemer als gedraging van de vennootschappen worden aangemerkt. Dit brengt met zich dat zowel werknemer als de hiervoor genoemde vennootschappen hoofdelijk worden veroordeeld tot vergoeding van de door VRTU gelegen schade.