Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Stichting Zeker Zorg
Rechtbank Overijssel (Locatie Enschede), 16 april 2019
ECLI:NL:RBOVE:2019:1300

werknemer/Stichting Zeker Zorg

Uitleg van het begrip ‘bereikbaarheidsdiensten’ in de cao Welzijn en Maatschappelijke dienstverlening leidt niet tot een bereikbaarheidstoeslag voor de werknemer die 24/7 bereikbaar is voor cliënten.

Feiten

Tussen werknemer en Zeker Zorg heeft van 5 juni 2014 tot 1 november 2017 een arbeidsovereenkomst bestaan. De laatste functie die werknemer vervulde, was die van persoonlijk begeleider. Op die arbeidsovereenkomst was de cao Welzijn en Maatschappelijke dienstverlening van toepassing (hierna: de cao). In de cao staat onder meer opgenomen dat de werknemer die zich in zijn vrije tijd in opdracht van de werkgever gedurende een bepaalde periode beschikbaar houdt voor onvoorziene spoedopdrachten in een periode van 28 achtereenvolgende dagen gedurende maximaal 7 etmalen in opdracht van de werkgever ingezet kan worden voor een bereikbaarheidsdienst. De werknemer ontvangt op grond van de cao voor deze onvoorziene spoedopdrachten een bereikbaarheidstoeslag. Werknemer vordert primair de veroordeling van Zeker Zorg tot betaling van een geldbedrag. Werknemer baseert zijn vordering op de stelling dat van hem in zijn functie van persoonlijk begeleider verwacht werd dat hij 24/7 bereikbaar was voor zijn cliënten. Werknemer is echter nimmer extra beloond voor het feit dat hij 24/7 standby was.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt dat uit de stukken gebleken is dat werknemer 24/7 bereikbaar diende te zijn voor zijn cliënten en aldus sprake is geweest van bereikbaarheidsdiensten als bedoeld in de cao. De vraag die vervolgens opkomt, is of deze bereikbaarheid valt onder de definitie van de cao. Naar het oordeel van de kantonrechter is dat niet het geval. Daartoe wordt in de eerste plaats overwogen dat een persoonlijk begeleider in theorie weliswaar 24/7 bereikbaar zou moeten zijn volgens Zeker Zorg, maar dat dit in de praktijk natuurlijk niet mogelijk is. Ook heeft werknemer tijdens de mondelinge behandeling gezegd dat van de begeleider verwacht wordt dat hij binnen één à twee uur terugbelt als hij is gebeld. Dit betekent dat dit niet vergelijkbaar is met een noodtelefoon. In de betreffende diensten dient de begeleider volgens de cao de volle 72 uren bereikbaar te zijn, dient hij/zij te allen tijde direct actie te kunnen ondernemen, vervoer beschikbaar te hebben en dient de noodtelefoon ook ’s nachts op de luidste stand te staan. Tijdens de 24/7-bereikbaarheid voor cliënten is dat niet aan de orde en ook niet denkbaar. Immers, de persoonlijk begeleiders kunnen in hun vrije tijd hun gebruikelijke activiteiten verrichten, worden niet beperkt in het gebruik van alcoholische dranken en kunnen, uiteraard, gaan en staan waar ze willen. Zonder af te doen aan de impact die een telefonische bereikbaarheid van 24/7 heeft c.q. kan hebben voor het privéleven van een werknemer, is deze bereikbaarheid niet te vergelijken met de bereikbaarheid van de noodtelefoon waarbij degene die dienst heeft ook acuut in staat dient te zijn om te handelen en waaraan de cao ook los van de daadwerkelijke inzet een toeslag koppelt. De vordering wordt derhalve afgewezen.