werkneemster/de vennootschap naar buitenlands recht Mapp Media Limited

Feiten

Werkneemster is per 18 juni 2018 in dienst getreden van Mapp Media. Werkneemster was voor haar indiensttreding bij Mapp Media werkzaam bij een concurrent. Op 31 januari heeft werkneemster haar arbeidsovereenkomst opgezegd tegen 1 mei 2019. Op 6 februari 2019 heeft de vertegenwoordiger van Mapp Media werkneemster verzocht toe te lichten waarom zij namens haar voormalig werkgever e-mails stuurt aan klanten van Mapp media. Werkneemster heeft hierop gereageerd. Mapp Media heeft werkneemster vervolgens op staande voet ontslagen. Werkneemster komt hier tegenop. Werkneemster stelt dat onvoldoende blijft waar het ontslag op staande voet precies op is gebaseerd. Volgens werkneemster heeft Mapp Media haar onterecht beschuldigd van fraude en op staande voet ontslagen, zonder hoor en wederhoor toe te passen. Werkneemster verzoekt onder meer een verklaring voor recht dat aan de opzegging geen dringende reden ten grondslag lag en een billijke vergoeding. Mapp Media verzoekt de vergoeding wegens onregelmatige opzegging.

Oordeel

De kantonrechter overweegt dat uit de door Mapp Media overgelegde correspondentie onvoldoende de reden blijkt die Mapp Media aan het ontslag ten grondslag heeft gelegd. In de e-mails van Mapp Media van 10 februari 2019 is vermeld dat sprake is van 'gross misconduct and fraud', maar wordt niet toegelicht waaruit deze zou bestaan. Later is dit ingevuld met het verwijt dat werkneemster tijdens het dienstverband een klant zou hebben doorverwezen naar de concurrent en dat werkneemster een relatie zou onderhouden met de concurrent. Mapp Media stelt dat zij telefonisch op 8 of 10 februari de dringende reden heeft toegelicht. Werkneemster betwist dat er op de gestelde data een gesprek zou hebben plaatsgevonden. Dat de aangevoerde reden werkneemster aanstonds duidelijk moet zijn geweest, is niet vast komen te staan. De opzegging is dan ook niet rechtsgeldig, nu de reden niet onverwijld is medegedeeld en ook niet aanstonds duidelijk zal zijn geweest. Dat en wat werkneemster met de klant heeft besproken, is door Mapp Media al helemaal niet verduidelijkt. De verzochte verklaring voor recht wordt toegewezen. Overigens wordt opgemerkt dat ook bij inhoudelijke toetsing van de handelwijze van werkneemster ook geen sprake zou zijn van een geldig ontslag op staande voet. Werkneemster heeft weliswaar onhandig geopereerd door (één keer) het e-mailaccount van haar oude werkgever te gebruiken, maar zij heeft daarvoor een afdoende verklaring gegeven, namelijk dat Mapp Media niet aan de vraag van deze klant kon voldoen. Hoewel sprake is van een onterecht ontslag wordt door de kantonrechter geen billijke vergoeding toegekend. Hierbij weegt mee dat werkneemster zelf heeft bijgedragen aan de bij Mapp Media ontstane indruk dat zij opdrachten heeft doorgespeeld en er sprake is van een zeer kort dienstverband, dat op korte termijn zou eindigen. De verzoeken van Mapp Media worden afgewezen.