werknemer/Icron Technologies Europe B.V.

Feiten

Werknemer is sinds 1 februari 2017 bij Icron Technologies Europe B.V. (hierna: Icron) in dienst als VP Marketing (Chief Marketing Officer). Vanaf februari 2017 heeft werknemer verzocht om wijziging van de bonusregeling, om meer vakantiedagen en een pensioenregeling. Partijen hebben hierover niet tot overeenstemming kunnen komen. Wel heeft Icron in april 2019 alle medewerkers met ingang van 1 januari 2019 een pensioenregeling aangeboden. Werknemer heeft op 15 april 2019 conservatoir derdenbeslag gelegd onder ABN AMRO bank N.V. en ASML Netherlands B.V., een klant van Icron. Vervolgens heeft hij een dagvaardingsprocedure tot betaling van bonus, toekenning van pensioen en vakantiedagen aanhangig gemaakt. In april 2019 heeft Icron de ontevredenheid over het functioneren van werknemer aan hem kenbaar gemaakt. Op 16 mei 2019 heeft de advocaat van Icron aan werknemer geschreven dat en waarom Icron het vertrouwen in werknemer is verloren, dat overleg met hem niet mogelijk is gebleken en dat Icron een ontbindingsprocedure zal starten. Vervolgens is werknemer op non-actief gesteld. Icron heeft op 29 mei 2019 een ontbindingsverzoek ingediend. In de onderhavige procedure vordert werknemer veroordeling van Icron tot opheffing van de op non-actiefstelling en wedertewerkstelling.

Oordeel

De voorzieningenrechter overweegt dat werknemer als Chief Marketing Officer een belangrijke functie heeft binnen Icron. Hij is daar nog niet zo lang in dienst, ruim twee jaar, en was van meet af aan met de directeur in de slag om wijziging van de bonusregeling, om meer vakantiedagen en om een pensioenregeling. Dat was op zichzelf zijn goed recht als werknemer en het stond hem zelfs vrij om een procedure tegen het bedrijf te beginnen, als hij vond dat langere tijd onvoldoende op zijn eisen werd ingegaan. Met het leggen van conservatoir beslag ten laste van zijn werkgever is hij echter te ver gegaan. Niet alleen werden daarmee voor de bedrijfsvoering bestemde gelden geblokkeerd. Veel belangrijker is dat een beslag onder de bank daar in het algemeen de alarmbellen doet afgaan en dat zowel de bank als een belangrijke cliënt hiermee deelgenoot werd gemaakt van een intern geschil tussen het bedrijf en haar Chief Marketing Officer, wat in ieder geval slechte publiciteit betekent. En dat niet omdat zijn salaris of emolumenten niet werden uitbetaald, maar vanwege onenigheid over bijkomende beloningen. Daar komt bij dat er geen enkele concrete aanwijzing was dat Icron, een bedrijf dat ook volgens werknemer met dubbele cijfers groeit en dat nooit in gebreke was geweest met betaling van het reguliere loon, zijn vordering uiteindelijk niet zou kunnen betalen. Het heeft er alles van weg dat werknemer met deze beslaglegging het bedrijf onder druk heeft willen zetten, maar voor een Chief Marketing Officer is dat het gedrag van iemand die op weg is naar de uitgang. Hij had op zijn vingers kunnen natellen dat hij de verhoudingen met deze beslagen grondig en definitief verstoorde en het is dan ook terecht dat hij vervolgens – in afwachting van een beslissing op het ontbindingsverzoek – op non-actief werd gezet. De gevraagde voorzieningen worden geweigerd.