Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Carmel College
Rechtbank Overijssel (Locatie Enschede), 24 januari 2020
ECLI:NL:RBOVE:2020:445
Docent lichamelijke opvoeding is tijdens actieve deelname aan een softbal-les ten val gekomen. Werkgever is niet aansprakelijk nu het incident het gevolg is van eigen afwegingen van werknemer. Veiligheidsmaatregelingen van werkgever hadden dit niet kunnen voorkomen dus geen sprake van schending zorgplicht.

Feiten

Werknemer is jarenlang werkzaam geweest als docent lichamelijke opvoeding bij het Carmel College. Werknemer deed af en toe invalwerkzaamheden op een andere school. Op 14 september 2007 is werknemer tijdens een softbal-les ten val gekomen (hierna: het incident) met onder meer knieletsel tot gevolg, waarna hij blijvend arbeidsongeschikt is geraakt. Werknemer heeft hiervan meteen melding gemaakt bij zijn leidinggevende. Op 7 januari 2008 heeft het Carmel College aan werknemer een e-mail met als bijlage een “Schadeaangifteformulier Algemeen” voor de ziektekostenverzekering gestuurd. Bij brief van 30 januari 2008 heeft de verzekeraar van het Carmel College de ontvangst van de schademelding op de ongevallenverzekering aan werknemer bevestigd. Vervolgens zijn partijen in een arbeidsconflict verwikkeld geraakt. Medio 2008 hebben partijen in dat kader een minnelijke regeling getroffen. Na afwikkeling van het arbeidsconflict heeft werknemer het Carmel College bij brief van 14 augustus 2009 aansprakelijk gesteld voor zijn schade als gevolg van het incident. De aansprakelijkheid is door de verzekeraar van het Carmel College van de hand gewezen. Partijen hebben in de volgende jaren met tussenpozen gecorrespondeerd over de aansprakelijkheid voor het incident. Het Carmel College is de aansprakelijkheid blijven afwijzen, waarop werknemer in 2019 een deelgeschilprocedure is gestart.

Oordeel

De kantonrechter is van oordeel dat deze zaak zich leent voor behandeling in een deelgeschilprocedure. Partijen zijn verdeeld over de aansprakelijkheid van het Carmel College voor het incident. Daarom dient de kantonrechter te beoordelen of het Carmel College aan zijn zorgplicht heeft voldaan. Volgens het Carmel College heeft werknemer de klachtplicht geschonden. De kantonrechter volgt deze stelling niet. Het Carmel College wordt hier niet in gevolgd, omdat het al ruim voor de formele aansprakelijkheidsstelling op de hoogte was van het incident. Werknemer heeft hiervan immers vrijwel direct melding gemaakt bij zijn toenmalig teamleider. Het stond het Carmel College daarom al eerder vrij om onderzoek te doen naar de toedacht van het incident. Tussen partijen is niet in geschil dat werknemer op 14 september 2007 tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden ten val is gekomen. Werknemer deed zelf actief mee aan het spel. Werknemer is mogelijk gestruikeld over een terreinlint waarmee het softbalveld was afgezet. Dit was niet ongebruikelijk en bovendien waren alternatieven voor handen, zoals pionnen. Werknemer heeft er zelf voor gekozen om actief deel te nemen aan het spel en om het lint als afzetting te gebruiken. Werknemer heeft dus niet op het risico van een gevaarlijke situatie ingespeeld, terwijl hij dat wel had kunnen en wellicht had moeten doen. Niet valt in te zien welke maatregelen of instructies het Carmel College had kunnen of moeten nemen om het incident te voorkomen. Concluderend komt de kantonrechter tot het oordeel dat voldoende aannemelijk is geworden dat het incident het gevolg is van de eigen afwegingen die werknemer in de gegeven omstandigheden heeft gemaakt en dat het niet aannemelijk is dat (veiligheids)maatregelen en/of instructies door het Carmel College het incident hadden kunnen voorkomen. De kantonrechter is dan ook van oordeel dat het Carmel College niet aansprakelijk is voor de schade van werknemer als gevolg van het incident. De aansprakelijkheid van de werkgever in de zin van artikel 7:658 BW is immers geen risicoaansprakelijkheid.