Feiten

Werknemer is in de periode van 12 augustus 2019 tot en met 11 februari 2020 als chauffeur in dienst geweest bij CCW Transport B.V. (hierna: CCW). Het laatstverdiende loon bedraagt € 1.877,38 bruto per maand exclusief vakantiegeld en overige emolumenten. Op 19 september 2019 heeft werknemer zich bij CCW ziek gemeld. CCW heeft het salaris van werknemer over augustus 2019 tot en met november 2019 niet volledig en/of tijdig betaald. Het salaris over december 2019 tot en met februari 2020 is in het geheel niet betaald. Werknemer vordert onder meer dat CCW bij vonnis veroordeeld wordt tot betaling van het loon.

Oordeel

Spoedeisend belang

Het spoedeisend belang is in deze zaak gegeven omdat het gaat om betaling van loon en werknemer heeft gesteld dat hij dit loon nodig heeft om in zijn levensonderhoud te voorzien.

Loonbetaling

CCW vindt dat zij het loon van werknemer niet hoeft te betalen omdat zij twijfelt of werknemer daadwerkelijk ziek was vanaf zijn ziekmelding op 19 september 2019. CCW heeft echter verzuimd een bedrijfsarts in te schakelen, zodat het ervoor wordt gehouden dat werknemer wél ziek was. De stelling van CCW dat werknemer zijn ziekte doelbewust in scène heeft gezet is door werknemer betwist en verder door CCW niet aannemelijk gemaakt. Evenmin is aannemelijk geworden dat partijen afspraken hebben gemaakt over de betaling van overuren, zoals door CCW is gesteld en door werknemer is betwist. Er is inmiddels een einde gekomen aan de arbeidsovereenkomst. Dit betekent dat werknemer recht heeft op loon. De ruzie tussen partijen die na de ziekmelding is ontstaan, doet hieraan niet af. De kantonrechter zal daarom het door werknemer gevorderde loon toewijzen. Over het toe te wijzen loon wordt de gevorderde wettelijke rente toegewezen. De gevorderde wettelijke verhoging is als niet bestreden ook toewijsbaar, in dit kort geding evenwel gematigd tot 10%. Nu verder in deze procedure onduidelijk is gebleven of het loon over januari en februari 2020 al dan niet tijdig is betaald, zal de wettelijke verhoging daarover worden toegewezen voor zover aan de wettelijke voorwaarden voor opeisbaarheid daarvan is voldaan. CCW is op grond van artikel 7:626 BW gehouden de gevorderde salarisspecificaties aan werknemer te verstrekken. Dit onderdeel van de vordering zal daarom ook worden toegewezen. Bij deze uitkomst van de procedure wordt CCW veroordeeld in de proceskosten.