Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgever c.s.
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 15 november 2019
ECLI:NL:RBROT:2019:10855
Werkgever bij verstek veroordeeld tot betaling (achterstallig) salaris tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is beƫindigd.

Feiten

Werknemer is in dienst van werkgever. Werknemer vordert veroordeling van werkgever tot betaling van (achterstallig) salaris (inclusief wettelijke verhoging en wettelijke rente) tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is beëindigd, alsmede toelating tot de werkplek.

Oordeel

Werkgever is niet in de procedure verschenen. Bij het uitbrengen van de dagvaarding zijn de voorgeschreven formaliteiten in acht genomen, zodat tegen werkgever verstek is verleend. Het spoedeisend belang vloeit voort uit de aard van de zaak. De vordering komt de kantonrechter niet ongegrond of onrechtmatig voor en wordt dan ook toegewezen, behoudens het volgende. Tijdens de mondelinge behandeling heeft werknemer aangegeven dat hij het salaris over de maanden augustus en september 2019 op 11 oktober 2019 heeft ontvangen. De vordering wordt dan ook toegewezen vanaf oktober 2019. De wettelijke verhoging wordt in redelijkheid gematigd tot 20%. Werkgever wordt voorts veroordeeld werknemer weer toe te laten tot zijn werkplek.