Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting Marente/ex-werkneemster
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 6 april 2022
ECLI:NL:RBNHO:2022:3229
Na einde dienstverband heeft werkgeefster abusievelijk nog drie maanden salaris doorbetaald. Werkgeefster vordert terugbetaling van te veel betaald salaris, nadat ex-werkneemster ondanks aanmaning niets heeft terugbetaald. Vordering(en) toegewezen.

Feiten

Ex-werkneemster is tot en met 31 oktober 2020 in dienst geweest van Stichting Marente (hierna: Marente). Doordat de uitdiensttreding niet tijdig in de personeels- en salarisadministratie is verwerkt, heeft Marente ten onrechte in de maanden november 2020 tot en met januari 2021 het salaris doorbetaald. Ex-werkneemster erkent dat zij het salaris over december 2020 en januari 2021 aan Marente moet terugbetalen. Zij voert echter verweer tegen de gevorderde terugbetaling van het salaris over november 2020. Zij voert hiertoe aan dat het aan de eigen schuld van Marente is te wijten dat dit salaris is uitbetaald. Toen ex-werkneemster de betaling over november 2020 ontving, dacht zij (achteraf ten onrechte) dat dit de betaling van vakantiegeld, eindejaarsuitkering en overuren betrof. Daar mocht zij toen ook van uitgaan. De door Marente aangeboden betalingsregeling was voor ex-werkneemster niet acceptabel, omdat het termijnbedrag te hoog was wegens een gelegd loonbeslag. Zij heeft om een regeling met een lager termijnbedrag verzocht, maar heeft daarop geen antwoord gekregen. Marente vordert een bedrag van € 3.124,43 netto, te verhogen met de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten.

Oordeel

Naar het oordeel van de kantonrechter staat vast dat ex-werkneemster over de maanden november 2020 tot en met januari 2021 salaris heeft ontvangen, terwijl zij sinds 1 november 2020 niet meer bij Marente in dienst was. Ex-werkneemster heeft niet betwist dat, na aftrek van een bedrag aan vakantietoeslag, eindejaarsuitkering, niet genoten verlofuren en extra gewerkte uren waarop zij nog recht had, een bedrag van € 3.124,43 (netto) resteert. Dit bedrag is als onverschuldigd door Marente betaald toewijsbaar. De omstandigheid dat het aan een fout van Marente te wijten is dat na de uitdiensttredingsdatum nog salaris is uitbetaald maakt dat niet anders. Voor zover ex-werkneemster stelt dat ten onrechte geen betalingsregeling tot stand is gekomen, wordt dat verweer verworpen. Marente was niet verplicht haar een betalingsregeling aan te bieden. De wel door Marente aangeboden betalingsregeling is door ex-werkneemster niet geaccepteerd. Tot het aanbieden van een regeling met een lager termijnbedrag was Marente niet gehouden. Overigens heeft ex-werkneemster ook niet uit eigen beweging een lager termijnbedrag betaald. De vorderingen van Marente worden toegewezen.