Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 11 november 2022
ECLI:NL:GHARL:2022:9709
Feiten
Werkneemster is sinds 2 januari 2018 in dienst bij Noorderbreedte. Aanvankelijk was werkneemster gestart in de functie van verzorgende IG. Noorderbreedte heeft werkneemster op haar verzoek per 28 mei 2020 herplaatst in de functie van verpleegkundige niveau 4. Medio september 2020 is er een conflictsituatie ontstaan met een van haar collega’s. Beiden zijn in een ander team geplaatst. Werkneemster heeft zich daartegen verzet. Vervolgens heeft zij Noorderbreedte meermaals laten weten dat zij het niet eens is met haar inschaling in haar functie. Noorderbreedte heeft daarop aangegeven dat zij is ingeschaald conform de cao en dat daar niet van kan worden afgeweken. Naar aanleiding van een brief van werkneemster heeft op 23 december 2020 een gesprek plaatsgevonden met werkneemster, haar leidinggevende en een HR-adviseur. Werkneemster heeft ervoor gekozen om de functie verpleegkundige te blijven uitoefenen. Zij is erop gewezen dat zij moet werken aan haar manier van communiceren en haar houding als zij wil doorstromen. Op 19 februari 2021 hebben partijen een leerovereenkomst gesloten voor een hbo-opleiding en een nieuwe functie. In de periode die volgde, is werkneemster herhaaldelijk aangesproken op haar houding en gedrag. Werkneemster kan zich niet vinden in die kritiek. De samenwerking met collega’s gaat lastig. Op 1 juli 2021 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen werkneemster, de HR-adviseur en haar leidinggevende. Uit het daarvan opgemaakte gespreksverslag volgt dat Noorderbreedte meent dat er sprake is van een patroon in houding en gedrag en dat het vertrouwen dat werkneemster in staat is om dit patroon te doorbreken onherstelbaar is beschadigd. Werkneemster heeft toen aangegeven aangifte van smaad te doen. De volgende dag heeft Noorderbreedte aangegeven de arbeidsovereenkomst te willen beëindigen. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden op de g-grond. Werkneemster heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
Oordeel
Werkneemster is van mening dat de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ten onrechte heeft ontbonden. Zij heeft in hoger beroep benadrukt dat zij regelmatig door Noorderbreedte en anderen is gewaardeerd voor het werk dat zij deed. Noorderbreedte heeft erkend dat zij het nodige goede werk heeft gedaan en heeft dit ook richting werkneemster uitgesproken. Dit is slechts één kant van de medaille. De andere kant ziet op de samenwerking. Werkneemster heeft ook op de zitting in hoger beroep de kritiek in alle toonaarden bestreden. Zij ziet daarbij over het hoofd dat het de werkgever vrijstaat om kritiek te hebben op de wijze waarop werkneemster functioneert. Keer op keer hebben collega-professionals werkneemster aangesproken op haar wijze van communiceren en de wijze van omgaan met kritiek. Door dat telkens weer verre van zich te werpen is uiteindelijk en begrijpelijk de situatie ontstaan dat het vertrouwen in een werkbare arbeidsverhouding aan de kant van Noorderbreedte is komen te ontbreken en de arbeidsverhouding met Noorderbreedte ernstig en duurzaam verstoord is geraakt. Het feit dat er geen verbeterplan is opgesteld, betekent niet dat Noorderbreedte zich niet heeft ingespannen en werkneemster in de gelegenheid heeft gesteld om haar functioneren te verbeteren. Er zijn vele gesprekken met werkneemster gevoerd en zij is intensief begeleid. Een apart verbeterplan was overbodig geweest. De arbeidsovereenkomst is dus terecht op de g-grond ontbonden. Herplaatsing is niet mogelijk gebleken.