Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 23 februari 2023
ECLI:NL:RBROT:2023:1545
Feiten
Werknemer is sinds 1 juli 2018 in dienst bij (de rechtsvoorganger van) Promelca B.V. (hierna: Promelca) als operator. Werknemer volgt een niet verplichte opleiding tot operator B, die op woensdagmiddagen van 12.00 tot 17.00 uur binnen het pand van Promelca gegeven wordt. Promelca heeft op 23 november 2022 een gesprek met werknemer gehad in verband met verdenkingen van fraude door werknemer met kloktijden. Vervolgens heeft Promelca werknemer per brief met onmiddellijke ingang geschorst. Een vervolggesprek op korte termijn werd aangekondigd. Het vervolggesprek met werknemer heeft plaatsgevonden op 25 november 2022. Promelca heeft werknemer per brief van diezelfde dag (voorwaardelijk) op staande voet ontslagen. Werknemer heeft zich op 26 november 2022 ziekgemeld. Werknemer heeft per brief van 29 november 2022 bezwaar gemaakt tegen het ontslag op staande voet en de voorgestelde vaststellingsovereenkomst. Verder heeft werknemer zich beschikbaar gehouden zijn werkzaamheden te verrichten en loondoorbetaling gevorderd. Promelca heeft per brief van 30 november 2022 bevestigd dat het ontslag op staande voet op die dag ingaat. Werknemer verzoekt onder meer de vernietiging van het ontslag op staande voet.
Oordeel
Werknemer betwist niet dat Promelca voor het fabriekspersoneel werkt met het Protime tijdregistratiesysteem. Bij indiensttreding wordt het in- en uitklokprotocol uitgelegd en het is hem bekend dat hij daarnaar moet handelen. Volgens werknemer was het hem echter niet bekend dat op de woensdagmiddag na de cursus gold dat hij gelijk moest uitklokken zodra de docent eerder dan 17.00 uur klaar was en werknemer het terrein verliet, althans zo begrijpt de kantonrechter zijn verweer. Er moeten voor de cursus 220 lesuren gemaakt worden, de cursus duurde van 12.00 tot 17.00 uur, dus klokte werknemer steeds pas uit om 17.00 uur, zodat in het systeem zou vaststaan dat hij die cursusuren daadwerkelijk heeft gemaakt. In het licht van de door werknemer gegeven verklaring dat hij in de veronderstelling verkeerde dat hij 220 studie-uren moest maken om de opleiding goed te kunnen voltooien en daarom op de betreffende woensdagen pas om 17.00 uur uitklokte, heeft Promelca onvoldoende onderbouwd dat er sprake is van (herhaaldelijk) frauduleus handelen. Verder heeft Promelca niet onderbouwd dat werknemer met opzet later uitklokt om op die manier oneigenlijk meer uren salaris uitbetaald te krijgen. Werknemer ontkent niet dat hij bewust heeft gewacht tot 17.00 uur om uit te klokken en om die reden soms wat rondhing voordat hij uitklokte. Ook ontkent hij niet dat hij de achterdeur gebruikte. Die ingang is volgens hem dichterbij als je buiten het terrein geparkeerd staat en dat deed hij tegen vijven vaak omdat het parkeerterrein, dat op het eigen terrein na de slagboom ligt, vaak vol is rond die tijd. Werknemer heeft voor het uitklokken om 17.00 uur of enkele minuten later als verklaring gegeven dat het systeem een kwartier van de tijd aftrekt als er enkele minuten voor 17.00 uur uitgeklokt wordt en hij op die manier niet aan zijn studie-uren zou komen. Promelca heeft dit niet betwist. Volgens Promelca volgt echter uit het buiten het terrein parkeren, het in haar visie stiekem binnenkomen door de achteringang, de lichaamshouding van werknemer en zijn collega, het (blijven) dralen en dan vervolgens het exact om 17.00 uur uitklokken en weer verdwijnen, dat er bewust gefraudeerd wordt. Deze interpretatie voert de kantonrechter te ver als naar de beelden wordt gekeken van het gedrag van werknemer en diens collega nabij de achteringang. De conclusie luidt dat de dringende reden niet is komen vast te staan, zodat Promelca werknemer niet op staande voet had mogen ontslaan. De gevorderde vernietiging van het ontslag op staande voet wordt toegewezen.