Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting Sociaal Fonds Particuliere Beveiliging/werkgever c.s.
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 22 december 2023
ECLI:NL:RBROT:2023:12989
Bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor boete wegens niet naleven cao.

Feiten

SFPB is een door werkgevers- en werknemersorganisaties opgerichte stichting, die onder meer toezicht houdt op de naleving van de cao Particuliere Beveiliging (hierna: cao PB). Van 23 oktober 2021 tot 30 juni 2023 is de cao PB algemeen verbindend verklaard. De cao SFPB is algemeen verbindend verklaard van 28 oktober 2021 tot 1 juli 2026. Werkgever is een particulier beveiligingsbedrijf en valt onder de werkingssfeer van de cao PB en de cao SFPB. X is de enig aandeelhouder en bestuurder van werkgever. Y is de bestuurder van X. SFPB eist werkgever te veroordelen tot naleving van de cao PB en SFPB hoofdelijk te veroordelen om aan SFPB een schadevergoeding te betalen. 

Oordeel

SFPB eist dat werkgever de cao PB en cao SFPB nakomt, indien en voor zover de cao’s algemeen verbindend zijn verklaard. Niet weersproken is dat SFPB valt onder de werkingssfeer van de cao’s. Zij is daarom gehouden de cao’s na te leven in de periodes dat de cao’s algemeen verbindend zijn verklaard. De vordering wordt toegewezen. SFPB heeft per brief van 8 juni 2022 een onderzoek aangekondigd naar de naleving van de cao PB over periode 6-2021 tot en met periode 5-2022. Hiervoor is vastgesteld dat werkgever verplicht is om daaraan mee te werken. Werkgever heeft niet gereageerd op deze brief. SFPB heeft op 5 juli 2022 een herinneringsmail verstuurd. Ook hierop volgde geen reactie. SFPB heeft per aangetekende brief van 13 juli 2022 aangegeven dat werkgever de stukken uiterlijk binnen 30 dagen moet aanleveren en indien werkgever dat niet doet dat zij aan SFPB een forfaitaire vergoeding verschuldigd is op grond van artikel 7 lid 2 van het controlereglement. Vast staat dat werkgever de controlestukken, na de ingebrekestelling van 13 juli 2022, ondanks diverse herinneringen niet heeft aangeleverd. De conclusie is dat werkgever een forfaitaire schadevergoeding aan SFPB is verschuldigd. Volgens SFPB bedraagt de schadevergoeding over de periode 15 augustus 2022 tot 13 februari 2023 € 39.000. Werkgever heeft die berekening (voor het overige) niet betwist, zodat dit bedrag wordt toegewezen. SFPB stelt dat de (indirect) bestuurders van werkgever hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de hiervoor toegewezen schadevergoeding. In dit verband is van belang dat werkgever feitelijk werd gedreven door Y (met daartussen zijn holding). Hij erkent dat hij als bestuurder verantwoordelijk is voor het te bepalen beleid van werkgever. Dat hij de leiding feitelijk uit handen zou hebben gegeven aan een zzp'er blijkt nergens uit. Maar voor zover dat al juist is en de mails en aangetekende brief hem om die reden niet hebben bereikt komt dat voor zijn rekening en risico. Bovendien ontslaat dit hem niet van zijn verplichtingen als bestuurder van de onderneming. Y en zijn holding hebben (tot op heden) op geen enkele wijze meegewerkt aan de controle door SFPB. Daardoor hebben zij gefrustreerd dat SFPB haar toezichthoudende taken kon uitoefenen. Daarvan kan X en Y een persoonlijk ernstig verwijt worden gemaakt. Anders dan Y meent, hoeft SFBP daarbij niet aannemelijk te maken dat er werknemers zijn benadeeld. Dit kan zij ook niet aantonen, omdat Y en zijn holding nu juist weigeren om de controlestukken aan te leveren. Zodoende is de conclusie dat de (indirect) bestuurders van werkgever hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de boete die X moet betalen aan SFPB .