Naar boven ↑

Rechtspraak

By Blue B.V./werker
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 20 december 2024
ECLI:NL:RBROT:2024:13328
Werker stelt dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. Geen arbeidsovereenkomst omdat werker vrij is om werktijden te bepalen, naar eigen inzicht te werken, niet gebonden is aan verlofregelingen, bedrijfstrainingen of functioneringsgesprekken, en zelf factureert tegen een hogere beloning dan gebruikelijk in loondienst.

Feiten

ByBlue is een groothandel in groenten en fruit. Partijen hebben eind 2021 op voorstel van werker een “consulting agreement” gesloten. Op 31 oktober 2022 is tussen partijen nogmaals een “consulting agreement” voor de duur van één jaar gesloten. Deze overeenkomst is stilzwijgend voortgezet. In mei 2023 is werker eigenaar geworden van 5% van de aandelen van ByBlue. De overige aandelen zijn in handen van persoon B en persoon C. Op 14 juni 2024 hebben werker en persoon C tijdens een telefoongesprek een woordenwisseling gehad. Na dit incident heeft werker geen werkzaamheden meer verricht.

ByBlue heeft op 27 juni 2024 de overeenkomst met werker opgezegd tegen 30 oktober 2024. Werker heeft zich nadien op het standpunt gesteld dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. ByBlue heeft vervolgens op 22 juli 2024 voor het geval er sprake zou zijn van een arbeidsovereenkomst werker op staande voet ontslagen wegens bedreiging en chantage. Volgens werker is het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig omdat er geen sprake is van een dringende reden. Werker verzoekt daarom ByBlue te veroordelen tot betaling van de gefixeerde schadevergoeding ex artikel 7:677 lid 4 BW, bestaande uit het loon over de resterende looptijd van de overeenkomst tot en met 31 oktober 2024, corresponderend met € 54.450 (4,5 maand x € 12.100).

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. De kantonrechter oordeelt over de vraag of de overeenkomst tussen werker en ByBlue kwalificeert als een arbeidsovereenkomst of als een overeenkomst van opdracht. Volgens het Deliveroo-arrest van de Hoge Raad van 24 maart 2023 (ECLI:NL:HR:2023:443) geldt dat de Haviltex-maatstaf bepalend is. Als de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke definitie van een arbeidsovereenkomst, moet de overeenkomst als zodanig worden aangemerkt, ongeacht de intentie van partijen.

Bij de beoordeling van deze zaak weegt de kantonrechter verschillende factoren af. Werker beschikt over vrijheid om zijn werktijden te bepalen en zijn werkzaamheden naar eigen inzicht uit te voeren. Dit duidt sterk op een overeenkomst van opdracht, omdat een gemiddelde werknemer doorgaans gebonden is aan vaste werktijden en instructies. De inbedding van werker in de organisatie van ByBlue roept gemengde signalen op. Hij voert werkzaamheden uit die aansluiten bij de kernactiviteiten van ByBlue, maar hij heeft geen collega’s in loondienst die vergelijkbare taken uitvoeren. Daarnaast is hij niet gebonden aan verlofregelingen, bedrijfstrainingen of functioneringsgesprekken, wat zijn inbedding in de organisatie beperkt. Hoewel werker zijn werkzaamheden persoonlijk uitvoert, ontbreekt een expliciete bepaling in de overeenkomst over vervanging. De praktijk wijst erop dat hij de werkzaamheden zelf uitvoert, wat eerder op een arbeidsovereenkomst kan wijzen, maar dit sluit een overeenkomst van opdracht niet uit. Wat betreft beloning en fiscale aspecten factureert werker zelf, draagt hij belastingen af en ontvangt hij een beloning die hoger is dan gebruikelijk in loondienst. Dit duidt op een zelfstandige positie. Verder treedt werker in het economisch verkeer op als ondernemer, mede omdat hij zijn vergoeding via eigen rechtspersonen declareert en aandeelhouder is van ByBlue.

De afspraken en de manier waarop partijen de overeenkomst uitvoeren, komen meer overeen met een verhouding van opdrachtgever en opdrachtnemer dan met die van werkgever en werknemer. De overeenkomst kwalificeert daarom niet als een arbeidsovereenkomst, en het verzoek van werker wordt afgewezen.