Rechtspraak
Rechtbank Noord-Nederland, 24 december 2024Feiten
Werknemer is sinds 5 mei 2022 in dienst bij werkgeefster. Op 28 maart 2023 heeft werknemer zich ziek gemeld. Werkgeefster heeft in november en december 2023 en januari 2024 het loon van werknemer stopgezet, omdat werknemer onvoldoende zou hebben meegewerkt aan zijn re-integratie. Werknemer vordert veroordeling van werkgeefster tot betaling van het loon over voornoemde maanden.
Oordeel
De kantonrechter oordeelt als volgt.
Loonopschorting of loonstop?
Partijen verschillen van mening over de vraag of werkgeefster betaling van het loon heeft opgeschort of dat zij een loonstop heeft doorgevoerd. Werknemer verwijst in dit kader naar een brief van werkgeefster van 23 oktober 2023 waarin werkgeefster werknemer bericht dat zij voornemens is de loonbetaling op te schorten. Werkgeefster stelt dat dit een kennelijke verschrijving is geweest en dat zij bedoeld heeft de loonbetaling stop te zetten. De kantonrechter overweegt dat in de correspondentie van werkgeefster aan werknemer, behalve in voornoemde brief, de term ‘loonstop’ is gebruikt. Voorts overweegt de kantonrechter dat loonopschorting in het bijzonder van toepassing is als het gaat om schending van controlevoorschriften. Daarvan is in dit geval geen sprake. De kantonrechter houdt het er dan ook voor dat werkgeefster het loon van werknemer heeft willen stopzetten ingevolge artikel 7:629 lid 3 sub d BW en niet heeft willen opschorten. Werknemer had de brief van 23 oktober 2023, zeker gelet op de eerdere correspondentie, ook zo moeten begrijpen.
Afwijzing loonvordering
Werkgeefster heeft haar verweer ten aanzien van de loonvordering van werknemer onderbouwd met een veelheid aan correspondentie, verslagen, brieven van de bedrijfsarts en een arbeidsdeskundig rapport van het UWV van 18 december 2023. De kantonrechter overweegt dat hieruit blijkt dat aan de zijde van werkgeefster vanaf de ziekmelding van werknemer in maart 2023 actief getracht is met werknemer in contact te komen en te blijven en afspraken te maken, maar dat dit bij herhaling niet is gelukt. Werknemer heeft herhaaldelijk niet thuis gegeven, afspraken afgezegd of hij is niet verschenen. Ook heeft werknemer de adviezen van de bedrijfsarts over werkhervatting niet consequent opgevolgd. Het UWV heeft in het arbeidsdeskundig rapport van 18 december 2023 geconcludeerd dat de re-integratie-inspanningen van werknemer vanaf het moment van zijn ziekmelding onvoldoende zijn geweest. De kantonrechter is daarom van oordeel dat vast is komen te staan dat werknemer in de periode november en december 2023 en januari 2024 onvoldoende heeft meegewerkt aan zijn re-integratie. Werkgeefster was gerechtigd de loonbetaling aan werknemer in die maanden stop te zetten. Afwijzing van de vorderingen van werknemer volgt.