Job Career BV/werknemer

Werknemer heeft in eerste aanleg achterstallig loon gevorderd over de periode november 2007 tot en met 7 februari 2008 van zijn werkgever, Job Career. In reconventie vorderde Job Career € 35.000,= van werknemer wegens diverse openstaande leningen. De vordering in reconventie is afgewezen wegens gebrek aan belang. De vordering van werknemer is toegewezen. Tegen dit oordeel keert Job Career zich in hoger beroep.

Het hof oordeelt als volgt. Job Career heeft zich ten aanzien van de loonvordering beroepen op verrekening met haar vordering in reconventie. Verrekening is - ook bij einde dienstverband - op grond van artikel 7:632 lid 2 BW slechts mogelijk voor zover het loon de beslagvrije voet overtreft. Tot aan die grens treft dit verweer derhalve geen doel. Het hof acht voorshands aannemelijk dat de werknemer een bedrag van € 15.000,= van Job Career heeft geleend en nog niet heeft terugbetaald. Een en ander leidt ertoe dat het hof de kans dat in een bodemzaak :ndash; voor wat betreft het loon boven de beslagvrije voet - de loonvordering uiteindelijk zal worden toegewezen, te klein acht om voor dat deel een voorlopige voorziening te geven, ook wanneer de ontbindingsvergoeding (als 'verrekeningsobject') in de beoordeling wordt betrokken.

Het vonnis van de kantonrechter wordt op dit punt vernietigd en voor het overige worden de vorderingen afgewezen.