Naar boven ↑

Rechtspraak

Kern

Werknemer is van 17 januari 1995 tot 30 april 2007 bij gedaagde sub 1 in dienst geweest, laatstelijk in de functie van teeltmedewerker A. Op de overeenkomst was de CAO van Glastuinbouw van toepassing. Bij het einde van het dienstverband was sprake van 113 minuren; door werkgever betaalde, maar door eiser niet gewerkte uren. Deze minuren zijn bij eindafrekening door werkgever in mindering gebracht op werknemers loon. Thans vordert werknemer dit niet-ontvangen loon en nog openstaande vakantiedagen. Volgens hem is de oorzaak van de minuren gelegen in het feit dat de werkgever te weinig werk had. Deze omstandigheid dient voor risico en rekening van werkgever te komen.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Het is aan de werkgever om gedurende de arbeidsuren voor arbeid te zorgen. Werknemer wijst er terecht op dat de oorzaak, die hier ligt in de aard van het tuinbouwbedrijf, in redelijkheid voor risico van de werkgever behoort te komen. In dat geval heeft de werknemer recht op betaling van het overeengekomen loon gedurende de wel overeengekomen doch niet gewerkte uren (artikel 7:628 lid 1 BW). In zoverre kan geconcludeerd worden dat werknemer recht heeft op, overeengekomen doch niet gewerkte uren, loon over de zogenaamde minuren. De tegenhanger van de minuren zijn plusuren (overuren). Hierover kan betaling, dan wel een tijd voor tijdregeling gelden. Bij deze laatste regeling geldt dat de werknemer een extra gewerkt uur op een later moment als vrije tijd kan opnemen. Compensatie van onbetaalde plusuren met wel betaalde minuren ligt dan ook voor de hand. Vooral bij een langer durend dienstverband mag het er dan ook voor gehouden worden dat de compensatie van plus- met minuren op nul uitkomt, zeker als deze regeling langere tijd naar algehele tevredenheid functioneert. Uit het voorgaande volgt dan ook dat een werkgever, behoudens andersluidende afspraken of regelingen, nimmer minuren in geld van een werknemer kan terugvorderen. Immers, ofwel er staan onbetaalde plusuren tegenover, ofwel het komt voor rekening en risico van de werkgever dat hij voor de werknemer voor die minuren geen werk had. De werknemer heeft dan immers toch recht op zijn loon, nu hij wel gedurende de uren van zijn dienstverband beschikbaar is geweest. Gelet op het voorgaande zal de vordering ten aanzien van de ten onrechte ingehouden minuren worden toegewezen.